Inhoudsopgave
Advertenties
CONTROLES VOOR HET GEBRUIK
1. Inspecteer de machine op tekenen van schade aan de leuningen, platformlade, chassis en de
masthefconstructie inclusief mast bevestigingsbouten.
2. Controleer of de zwenkwielen en wielen onbelemmerd draaien en onbeschadigd zijn.
3. Controleer of de zwenkwiel-asbouten
bevestigd.
4. Controleer of de waterpas
(foto
dat de machine horizontaal is.
5. Controleer of poorten, poortscharnieren, scharnierveren en scharnierbevestigingen
onbeschadigd zijn en dat de poorten volledig open en volledig dicht gaan bij het loslaten
(foto
4).
6. Controleer of de stap verlaagd en veilig is.
7. Controleer of de wielen niet los of op enige wijze vervormd zijn. Indien in orde, vergrendelen
door op het lock-pedaal of het rode pedaal te stappen (afhankelijk van welk wiel is
gemonteerd). Vervolgens in de mand stappen.
8. Wanneer u in de mand staat: controleer of de 'vliegwiel'-handgreep correct werkt. Houd de
handgreep stevig vast en trek de bedieningsknop naar u toe en dan loslaten. De knop moet
terugveren om het wiel te vergrendelen. Herhaal maar draai de handgreep eenmaal met de
klok mee met de knop naar u toegetrokken. Het wiel moet nu vrij kunnen draaien. Draai een
keer tegen de klok om naar beneden te komen
9. Controleer of de noodneerlaatfunctie bevestigd is aan het chassis en niet beschadigd is.
Als een van de bovenstaande onderdelen defect is of niet goed werkt, dan mag de machine
niet gebruikt worden.
NORMAAL GEBRUIK
Gebruik de machine alleen binnen op harde, vlakke ondergronden. Zorg ervoor dat iemand
beschikbaar is op de grond om te helpen in geval van nood.
1. Positioneer de machine onder de werkruimte.
2. Controleer de waterpas om ervoor te zorgen dat de machine horizontaal staat.
3. Zorg ervoor dat de wielen in vergrendelde stand staan, zoals beschreven in de
bedieningscontroles vóór gebruik.
4. Betreed het platform via de poorten en sluit de poorten.
HEF DE LIFT NIET ALS DE POORTEN NIET GESLOTEN ZIJN.
5. Controleer op de aanwezigheid van obstakels boven u.
6. Om te verheffen: trek bedieningsknop naar u toe en draai met de klok mee.
Om te stoppen, stopt u met het draaien van de handgreep en laat u de handgreep los om te
vergrendelen.
7. Om te dalen, herhaalt u de handeling maar draait u de handgreep tegen de klok in.
Let op: de vliegwielhandgreep alleen draaien wanneer u binnen de vangrails van het
platform staat. Nooit bedienen wanneer u buiten de vangrails staat, behalve wanneer u de
"Procedure noodneerlaatfunctie" volgt.
(foto
1) en wielsplitpennen
(foto
3) intact is en de luchtbel is gecentreerd om ervoor te zorgen
(foto
5).
2) goed zijn
1
3
5
GEBRUIKSPROCEDURES
2
4
De gebruiker moet
instructies en goedkeuring
van de fabrikant verkrijgen
in het geval van speciale
werkmethoden of bij
omstandigheden die niet
gespecificeerd zijn door de
fabrikant.
7
Advertenties
Inhoudsopgave
