Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

11

Verklarende woordenlijst

Afdrukmedia
Media zoals papieren vellen, enveloppen, etiketten en transparanten die
in een printer, scanner, fax of kopieerapparaat kunnen worden gebruikt.
Afdrukvolume
Het afdrukvolume is de hoeveelheid pagina's die geen gevolgen heeft
voor de prestaties van een printer op een maand. De printer heeft
normaal gezien een levensduurbeperking zoals het aantal pagina's per
jaar. De levensduur komt overeen met een gemiddeld aantal afdrukken,
meestal binnen de garantietermijn. Als het afdrukvolume bijvoorbeeld
48.000 pagina's per maand (20 werkdagen) bedraagt, beperkt de printer
het aantal vellen tot 2.400 per dag; niet meteen een gering aantal.
Bedieningspaneel
Een bedieningspaneel waarop besturings- of controle-instrumenten
worden weergegeven. Het bevindt zich doorgaans op de voorkant of de
bovenkant van het apparaat.
BOOTP
Dit staat Bootstrap Protocol, een netwerkprotocol dat een client op het
netwerk gebruikt om zijn IP-adres automatisch te bekomen. Dit gebeurt
doorgaans in het bootstrapproces van computers of besturingssystemen
die daarop worden uitgevoerd. De BOOTP-servers wijzen het IP-adres
toe aan iedere client uit een pool van adressen.
Dekking
Deze afdrukterm wordt gebruikt om het tonerverbruik bij het afdrukken te
meten en wordt doorgaans uitgedrukt in 5% dekking. 5% dekking
betekent dat een A4 aan een zijde maar 5% afbeelding of tekst bevat.
Als er dus complexe afbeeldingen of heel wat tekst op het papier of
origineel staan, zal de dekking meer bedragen dan 5% en zal er zoveel
toner worden verbruikt als de dekking.
DHCP
Een Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP) is een client/server-
netwerkprotocol. Een DHCP-server stuurt configuratieparameters naar
de DHCP-host die doorgaans informatie opvraagt die de client host
nodig heeft om deel uit te maken van een IP-netwerk.
DIMM
Dual In-line Memory Module, een kleine printplaat met geheugen. DIMM
slaat alle gegevens op in het apparaat; onder meer afdrukgegevens,
gegevens uit ontvangen faxen en gescande gegevens.
DNS
De Domain Name Server (DNS) is een systeem dat informatie die
gekoppeld is aan domeinnamen opslaat in een gedistribueerde
database in netwerken.
DPI
Dit is een maatstaf voor resolutie gebruikt bij afdrukken of scannen.
Doorgaans resulteert een groter aantal dots per inch in een afbeelding
met een hogere resolutie en meer details, maar met een grotere
bestandsgrootte.
Dubbelzijdig
Dit is een mechanisme dat een vel papier automatisch omkeert zodat
het apparaat beide zijden van het vel kan bedrukken of scannen. Een
printer met een Duplex-eenheid kan dubbelzijdig afdrukken.
Ethernet
Ethernet is een op frames gebaseerde netwerktechnologie voor LAN's.
Het definieert de bedrading en signalen voor de fysieke laag en
frameformaten en protocollen voor de media access control (MAC)/data
link-laag uit het OSI-model. Het is de meest wijdverspreide
LAN-technologie die vandaag wordt gebruikt.
Fixeereenheid
Dit is een onderdeel van een laserprinter die toner op de te bedrukken
media smelt. Het mechanisme bestaat uit twee hete rollen. Nadat toner
is aangebracht op het papier, genereert de fixeereenheid hitte en druk
om ervoor te zorgen dat de inkt permanent op het papier blijft. Dat
verklaart ook waarom het papier warm is wanneer het uit een
laserprinter komt.
Gateway
Dit is een verbinding tussen computernetwerken of tussen
computernetwerken en een telefoonlijn. Het wordt veel gebruikt omdat
het een computer of netwerk is dat toegang biedt tot een andere
computer of een ander netwerk.
Grijswaarde
Grijswaarden stellen lichte en donkere delen van een afbeelding voor
wanneer kleurenafbeeldingen worden geconverteerd naar grijswaarde.
De kleuren worden in dat geval voorgesteld door verschillende
grijswaarden.
Halftoon
Dit is een afbeeldingstype dat grijswaarden simuleert door het aantal
dots te laten variëren. Hooggekleurde gebieden bevatten een groot
aantal dots, terwijl lichtere gebieden minder dots tellen.
Intranet
Dit is een privaat netwerk dat gebruikmaakt van internetprotocollen,
netwerkconnectiviteit en mogelijk het openbaar
telecommunicatienetwerk om op een veilige manier werknemers
bedrijfsgegevens te laten uitwisselen of verrichtingen te laten uitvoeren.
De term wordt soms gebruikt om te verwijzen naar de meest zichtbare
dienst, de interne website.
11.1
<Verklarende woordenlijst>

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Clp-660 series

Inhoudsopgave