Vijfde uitgave • Eerste druk
Rijden
1 Druk de voetschakelaar in.
2 Snelheid verhogen: verplaats de rij-joystick
langzaam uit het midden.
Snelheid verlagen: verplaats de rij-joystick
langzaam naar het midden toe.
Stoppen: zet de rij-joystick terug in de
middenstand of laat de voetschakelaar los.
Gebruik de kleurgecodeerde richtingpijlen op de
platformbediening en het rijchassis om de rijrichting
van de machine te bepalen.
De rijsnelheid van de machine wordt beperkt als de
armen geheven of uitgeschoven zijn.
De prestaties van de machine zijn afhankelijk van
de staat van accu.
Rijden op een helling
Bepaal de voor de machine toelaatbare waarden
voor heuvelopwaarts, heuvelafwaarts en
dwarshellingen en bepaal de hellingshoek.
Maximaal toelaatbare hellingshoek,
contragewicht heuvelopwaarts
(klimvermogen): 35% (19°)
Maximaal toelaatbare hellingshoek,
contragewicht heuvelafwaarts:
20% (11°)
Maximaal toelaatbare
dwarshellingshoek: 25% (14°)
Opmerking: de toelaatbare hellingshoek is
afhankelijk van de bodemconditie en van
voldoende tractie. De term klimvermogen is alleen
van toepassing op het contragewicht voor
heuvelopwaarts rijden.
Zorg ervoor dat de arm onder de horizontale lijn is
en dat het platform zich tussen de achterwielen
bevindt.
Onderdeelnr. 133546DU
Voor het bepalen van de hellingshoek:
Meet de helling met een digitale hellingsmeter OF
hanteer de volgende procedure.
U hebt nodig:
waterpas
recht stuk hout van minstens 1 m
meetlint
Leg het stuk hout op de helling.
Leg de waterpas aan de voet van de helling op de
bovenrand van het stuk hout en hef het uiteinde op
tot het stuk hout horizontaal komt.
Meet de afstand tussen de onderzijde van het stuk
hout en de grond terwijl u het stuk hout horizontaal
houdt.
Deel de met het meetlint gemeten afstand (verval)
door de lengte van het stuk hout (pad) en
vermenigvuldig de uitkomst met 100.
Bijvoorbeeld:
verval
Stuk hout = 3,6 m
Pad = 3,6 m
Verval = 0,3 m
0,3 m ÷ 3,6 m = 0,083 x 100 = hellingshoek
van 8,3%
Als de helling steiler is dan de maximaal toelaat-
bare waarden voor heuvelopwaarts, heuvelafwaarts
en dwarshellingen, moet de machine met behulp
van een lier of een transportvoertuig op de helling
worden gebracht of ervan af worden gehaald. Zie de
sectie Transport- en hefinstructies.
Z-30/20N • Z-30/20N RJ
Bedieningshandleiding
BEDIENINGSINSTRUCTIES
pad
23