Installatievoorschriften
Montage
Onderhoud
Het belstuk en de pneumatische slang moeten met het oog op vervuiling regelmatig worden
geïnspecteerd en gereinigd.
30
Scherpe hoeken en drukpunten moeten worden vermeden.
l
LET OP:
Bochten scherper dan 90-graden zijn niet toegestaan!
In de grond en andere mechanisch gevoelige gebieden moet de pneumatische slang
l
worden gelegd in een beschermende leiding.
De pneumatische slang moet worden gelegd in een doorlopend stijgend patroon; kort
l
de slang zo nodig in, maar wikkel de slang niet op.
Doorboor de pneumatische slang niet.
l
Stel de pneumatische slang niet bloot aan direct zonlicht.
l
1.
Snijd beide uiteinden van de pneumatische slang in een exacte
hoek van 90 graden. Gebruik een scheermesjes of een
slangsnijder. Gebruik geen zijkniptangen.
2. Draai de kopschroef op de pneumatische slang. Deze wordt
gebruikt om het gewicht van het belstuk te ondersteunen.
3. Draai de nippel in de bovenkant van het belstuk. Gebruik voor het
vastdraaien een moersleutel.
4. Koppel de moer van de slangfitting los en schuif de moer over het
uiteinde van de slang.
5. Duw het uiteinde van de slang stevig over de nippel.
6. Draai de moer van de fitting voorzichtig met de hand vast. Zorg dat de slang stevig
vastzit.
7. Monteer de open-bel vrijhangend vanaf het uiteinde van de pneumatische slang. De
positie hangt af van de lokale situatie en de opstelling van de pompinstallatie.
8. Sluit het andere uiteinde van de pneumatische slang aan op de APP300s
gemaalbesturingskast.
1. Koppel de slang los van de APP300s gemaalbesturingskast.
2. Blaas lucht in de richting van het belstuk. Gebruik een compressor.
3. Reinig de binnen- en buitenkant van het belstuk.
Afbeelding 10 - Ophanging
Afbeelding 9 -
buisbevestiging 1.
nippel; 2. buis; 3.
moer
APP300s Gemaalbesturingskast