2 Aanwijzingen bij de documentatie
2
Aanwijzingen bij de documentatie
2.1
Aanvullend geldende documenten in acht
nemen
▶
Neem absoluut alle bedienings- en installatiehandlei-
dingen die bij de componenten van het systeem worden
meegeleverd in acht.
2.2
Met de systeemassistent werken
De systeemassistent is een hulp voor de systeeminstalla-
tie en -ingebruikneming. Passend bij de gekozen systeem-
schema's worden de belangrijke stappen weergegeven. Alle
overige, noodzakelijke instructies en aanwijzingen zijn in de
handleidingen van de systeemcomponenten beschreven.
▶
Gebruik de verwijzingen naar de handleidingen.
▶
Volg de hierin beschreven aanwijzingen, instructies en
handleidingen.
De instellingen aan de thermostaat van de binnenunit en/of
systeemthermostaat hebben betrekking op het voordien
weergegeven systeemschema.
▶
Configureer het systeem volgens de wensen van de ge-
bruiker.
▶
Pas de systeeminstellingen aan de omstandigheden ter
plaatse aan.
2.3
Legende bij de symbolen
Sym-
Betekenis
bool
Koeling
Warmtebron lucht
2.4
Legende bij de systeemcomponenten
Compo-
Betekenis
nent
1
Warmteopwekker
2a
Lucht-/waterwarmtepomp
7f
Warmteloskoppelingsmodule
8a
Veiligheidsventiel
8c
Veiligheidsgroep drinkwateraansluiting
8e
Expansievat verwarming
9a
Klep afzonderlijke ruimte-regeling (thermosta-
tisch/motorisch)
9d
Overstroomklep
9h
Vul- en aftapkraan
9j
Kapventiel
10e
Vuilvanger mag magnetietafscheider
10l
Flexibele aansluitingen
12
Systeemregelaar
12b
Warmtepompuitbreidingsmodule
12g
eBus-koppelaar
12k
Maximaalthermostaat
4
Compo-
Betekenis
nent
12m
Buitentemperatuurvoeler
12q
Communicatie-eenheidVR 921
SysFlow
Systeemtemperatuurvoeler
Systeemassistent 0020292328_00