Figuur 55
Rechter rijhendel afgebeeld
1. Stelschroef voor sporing
g334735
2. Toegangsgat in voorste
afdekplaat
De bandenspanning
controleren
Uitsluitend voor machines met
luchtbanden
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren/Maan-
delijks (houd hierbij de kortste
periode aan) Uitsluitend voor
machines met luchtbanden.
De juiste bandenspanning voor de zwenkwiel-
en achterbanden is 0,9 bar. Een ongelijke
bandenspanning kan leiden tot onregelmatige
maairesultaten. De bandenspanning kan het best bij
koude banden worden gecontroleerd.
De wielmoeren controleren
Controleer de wielmoeren en draai ze vast met een
torsie van 122 tot 136 N∙m.
50
Figuur 56
g001055