Na gebruik
Veiligheid na het werk
Algemene veiligheid
•
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat. Laat de machine
afkoelen voordat u deze afstelt, vult met brandstof,
reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan
verricht.
•
Verwijder gras en vuil van de maai-eenheid, de
geluiddemper, de aandrijvingen,de grasvanger en
de motor om brand te voorkomen. Veeg gemorste
olie en brandstof op.
•
Sluit de brandstoftoevoer af en verwijder
het sleuteltje voordat u de machine stalt of
transporteert.
De brandstofafsluitklep
gebruiken
Sluit de brandstofafsluitklep tijdens transport,
onderhoud en opslag
Controleer of de brandstofafsluitklep geopend is als u
de motor start.
1. AAN
32
(Figuur
33).
Figuur 33
2. UIT
g036849
g008948