De spuitboom verstellen
1. Stop de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Laat de spuitbomen neer met behulp van de schakelaars
van de spuitboomlift.
Opmerking: Wacht totdat de spuitbomen volledig
zijn uitgeklapt in de spuitstand.
3. Als de bomen moeten worden ingeklapt, dient u de
machine te laten stoppen op een horizontaal oppervlak.
4. Breng de spuitbomen met de liftschakelaars omhoog
totdat zij geheel kruiselings over elkaar in de
transportstand in de transporthouder zijn gezet en de
hefcilinders volledig zijn teruggetrokken.
Belangrijk: Ter voorkoming van schade aan de
cilinder van de actuators van de spuitbomen, moet
u ervoor zorgen dat de actuators voor transport
volledig zijn ingetrokken.
De transporthouder van de spuitbomen
gebruiken
De spuitmachine heeft een transporthouder voor de
spuitbomen die is voorzien van een unieke beveiliging. Als de
spuitbomen tijdens het transport per ongeluk in aanraking
komen met een laag overhangend object, kunnen zij uit de
transporthouder worden gedrukt. In dit geval komen de
spuitbomen in een bijna horizontale stand op de achterkant
van de machine te rusten. Aangezien de spuitbomen hierbij
geen schade oplopen, dienen zij onmiddellijk te worden
teruggeplaatst in de transporthouder.
Belangrijk: De spuitbomen kunnen beschadigd raken
als zij niet kruiselings worden getransporteerd in de
transporthouder.
Om de spuitbomen terug te plaatsen in de transporthouder,
moet u deze neerlaten in de spuitstand en vervolgens weer
omhoog brengen in de transportstand. Zorg ervoor dat de
cilinders van de spuitbomen volledig zijn teruggetrokken om
beschadiging van de actuatorstang te voorkomen.
Spuiten
Belangrijk: Om ervoor te zorgen dat de oplossing
goed gemengd blijft, moet u de mengfunctie gebruiken
als er een oplossing in de tank zit. Om te mengen,
moet u de pomp inschakelen en de motor stationair
laten lopen. Als u wilt gaan mengen, moet u de
spuitmachine tot stilstand brengen, de schakelhendel
in de neutraalstand zetten, de parkeerrem in werking
stellen, het gaspedaal volledig intrappen, de pomp
aanzetten en de motortoerentalbegrenzer van de
neutraalstand inschakelen.
Opmerking: Deze procedure gaat ervan uit dat de pomp
ingeschakeld is naar aanleiding van de procedure Spuittank
vullen (bladz. 27).
1. Breng de spuitbomen omlaag.
2. Schakel, terwijl de hoofdschakelaar van de spuitbomen
uitgeschakeld is, de 3 spuitboomschakelaars in.
3. Vervolgens rijdt u naar het perceel waar u moet spuiten.
4. Zet de hoofdschakelaar van de spuitbomen op Aan om
te beginnen met spuiten.
Opmerking: Het InfoCenter toont de spuitbomen
die aan het sproeien zijn.
Opmerking: Als de tank bijna leeg is, kan het
mengen leiden tot schuimvorming in de tank. Zet de
mengklep uit om dit te voorkomen. Als alternatief kunt
u ook een antischuimmiddel in de tank gebruiken.
5. Gebruik de dosisschakelaar om de dosis te wijzigen
en in te stellen.
6. Als u klaar bent met spuiten, zet u de hoofdschakelaar
Uit om alle spuitbomen uit te schakelen. Daarna
schakelt u de pomp uit.
Spuittips
•
Overlap geen stukken waar u eerder hebt gespoten.
•
Controleer of er geen spuitdoppen zijn verstopt. Vervang
versleten of beschadigde spuitdoppen.
•
Schakel eerst met de hoofdschakelaar de spuitbomen
uit voordat u de spuitmachine tot stilstand brengt.
Nadat u de machine tot stilstand hebt gebracht, moet
u schakelhendel in de neutraalstand zetten en met de
motortoerentalregelaar van de neutraalstand de motor op
toeren houden, zodat het mengen blijft doorgaan.
•
U verkrijgt betere resultaten als de spuitmachine in
beweging is wanneer u de spuitbomen inschakelt.
•
Let op veranderingen in de gebruiksdosis die kunnen
aangeven dat uw snelheid te hoog is voor het bereik
van de spuitdoppen of dat er problemen zijn met het
spuitsysteem.
De spuitmachine reinigen
Belangrijk: U moet de spuitmachine altijd onmiddellijk
na elk gebruik leeg laten lopen en reinigen. Indien u
dit nalaat, kan dit tot gevolg hebben dat de chemische
stoffen uitdrogen of dik worden in de leidingen,
waardoor de pomp en andere onderdelen verstopt raken.
Opmerking: Monteer de tankspoelset voor optimale
reiniging van de tank.
1. Breng de spuitmachine tot stilstand, stel de parkeerrem
in werking, zet de schakelhendel in de neutraalstand en
zet de motor af. De tank loopt leek aan de linkerkant
van de machine.
2. Ga naar de aftapklep aan de linkerkant van de machine
(Figuur 15).
Opmerking: De klep bevindt zich achter de beugel
van de bumper naast de brandstoftank.
28