Deel 2: Demontage van de aandrijving
Juni 2021
2.3.24
OPMERKING:
Alleen op G/GC-modellen (niet op GH/GHC): één kogelschijf (1-40) wordt verwijderd van het
geleidingsblok (1-30) als het verlengstangsamenstel wordt verwijderd. Op aandrijvingen met
terughaalveer wordt ook één kogelschijf (9-40) van het geleidingsblok (1-30) verwijderd. Op GH/GHC
aandrijvingen is er geen verlengstangsamenstel; het zuigersamenstel is in plaats daarvan direct in het
geleidingsbloksamenstel bevestigd.
2.3.25
2.3.26
2.3.27
2.3.28
2.3.29
2.4
Verwijdering van de blinde einddopmodule
2.4.1
2.4.2
2.5
Verwijdering van M3 handwiel of M3
zeshoekige aandrijfnaaf
2.5.1
2.5.2
14
Verwijder het verlengstangsamenstel (1-50) uit het geleidingsblok (1-30). Verwijder op
aandrijvingen met terughaalveer ook het stangverlengingssamenstel (9-50).
Verwijder de andere kogelschijf (1-40) uit het geleidingsblok (1-30). Verwijder op
aandrijvingen met terughaalveer ook de andere kogelschijf (9-40) van het geleidingsblok
(1-30).
Draai de moeren van de twee aanslagschroeven (1-190) los van de aanslagschroeven
(1-180) en verwijder ze.
Draai de twee aanslagschroeven (1-180) los en verwijder ze van de voorkant van de
behuizing (1-10).
Verwijder het ontluchtingscontrolesamenstel van de behuizing (1-10) als volgt:
2.3.28.1 G01, G/GC/GH/GHC2 en G/GC/GH/GHC3 behuizing (1-10) schroef één
ontluchtingscontrolesamenstel (13) los en verwijder hem van de voorkant van de
behuizing (1-10).
2.3.28.2 G/GC/GH/GHC4 tot en met G/GC/GH/GHC10 en G13 behuizing (1-10) schroef
twee ontluchtingscontrolesamenstellen (13) los en verwijder ze van de voorkant
van de behuizing (1-10).
De volgende onderdelen hoeven niet van hun plaats te worden gedemonteerd, tenzij
ze door nieuwe onderdelen moeten worden vervangen: twee geleidestanglagers, twee
juklagers (2-40), het trekpenlager en het trekpendruklager (2-10).
Verwijder de zeskantschroeven (5-20) met elastische onderlegringen (5-30) uit de blinde einddop
(5-10).
Verwijder de blinde einddop (5-10) van het einde van de behuizing (1-10).
VERWIJDERING M3 HANDWIEL OF ZESHOEKIGE AANDRIJFNAAF VAN M3 BOUT
2.5.1.1
Drijf met een drevel twee kerfstiften (10-20) en (10-30) uit de naaf van het
handwiel of de zeshoekige aandrijfnaaf (10-10).
2.5.1.2
Verwijder het handwiel of de zeshoekige aandrijfnaaf (10-10) van de M3 bout
(5-50).
VERWIJDERING VAN M3 HANDWIEL EN ZESKANTMOER VAN SCHROEFSPINDEL, VROEG
MODEL G2 en G3
2.5.2.1
Verwijder de zeskantmoer en de onderlegring van de M3 schroefspindel.
2.5.2.2
Verwijder het handwiel van de M3 schroefspindel.
2.5.2.3
Drijf de paspen met een drevel met puntig einde uit het buitenste uiteinde van de
M3 schroefspindel
2.5.2.4
Verwijder de zeskantmoer uit de M3 schroefspindel, en het handwiel.
Service-instructies
124840E Rev. H
Demontage van de aandrijving