Instromend medium
Meetbereik
Druk
Bypasses
VEGAFLEX 86 • Modbus- en Levelmaster-protocol
Monteer de instrumenten niet boven of in de vulstroom. Waarborg dat
u het productoppervlak registreert en niet het instromende product.
Fig. 8: Montage van de sensor bij instromend product
Het referentieniveau voor het meetbereik van de sensoren is het
afdichtingsvlak van het schroefdraad resp. de flens.
Let erop, dat onder het referentievlak en eventueel aan het uiteinde
van de meetsonde een minimale afstand moet worden aangehouden,
waarbinnen geen meting mogelijk is (dode band). De kabellengte kan
alleen bij geleidende media tot het uiteinde worden gebruikt. De dode
band voor verschillende media vindt u in het hoofdstuk "Technische
gegevens". Let erop bij de inregeling, dat de fabriekskalibratie betrek-
king heeft op het meetbereik in water.
Bij over- of onderdruk in de tank moet u de procesaansluiting afdich-
ten. Controleer vooraf of het afdichtingsmateriaal bestendig is tegen
het product en de procestemperatuur.
De maximaal toelaatbare druk vindt u in het hoofdstuk "Technische
gegevens" of op de typeplaat van de sensor.
Standpijpen of bypasses zijn in de regel metalen buizen met een
diameter van 30....200 mm. Tot een diameter van 80 mm komt een
dergelijke buis meettechnisch overeen met een coaxmeetsonde.
Zijtoevoeren bij bypasses hebben geen invloed op de meting.
De meetsensoren kunnen in bypasses tot DN 200 worden gemon-
teerd.
Kies in bypasses de sondelengte zodanig, dat de dode band van de
meetsonde boven de bovenste en onder de onderste de vulopening
aan de zijkant ligt. Daardoor kunt u de gehele variatie van het medium
in de bypass (h) meten. Houd bij het ontwerpen van de bypass reke-
4 Monteren
17