opnieuw verzenden. Per volginterval wordt slechts één nieuwe
poging gedaan.
Als het volgen al wordt uitgevoerd, wordt in de plaats van de tekst
START TRACKING (VOLGEN STARTEN) de tekst STOP TRACKING
(VOLGEN STOPPEN) weergegeven.
Interval
De frequentie waarmee aan vrienden een positieverzoek wordt
verzonden, kunt u afstellen op een waarde van 5 t/m 60 minuten.
Contacts (Contacten)
Wordt gebruikt voor het bijhouden en oproepen van individuele
contacten en groepen.
View/Add Contact (Contact weergeven/toevoegen)
Hiermee slaat u de namen en bijbehorende MMSI-nummers op
van maximaal 50 vaartuigen die u regelmatig oproept via DSC.
Contacten worden opgeslagen op naam, in alfabetische volgorde.
Selecteer ADD NEW (NIEUWE TOEVOEGEN) om een nieuw contact
toe te voegen.
Als u een bestaande naam in de lijst met contacten selecteert, kunt
u een DSC-oproep doen, een positieverzoek verzenden en het
contact bewerken of verwijderen.
View/Add Group (Groep weergeven/toevoegen)
Hiermee kunt u maximaal 20 vaartuiggroepen maken, bewerken
of verwijderen. Deze worden opgeslagen in alfabetische volgorde.
Voor het maken van een groep zijn alleen een naam en een
groepsoproep-id (GCID) vereist. Een GCID begint altijd met een 0.
De overige cijfers kunt u naar wens instellen. Alle vaartuigen die in
dezelfde groep moeten komen, moeten een geschikte DSC-radio
hebben en moeten dezelfde GCID ingevoerd hebben in hun radio.
Als u een bestaande naam selecteert in de groepslijst, kunt u de
groep bewerken, verwijderen of een oproep aan de groep doen.
¼ Opmerking:
Wanneer u een groep toevoegt aan deze lijst, zal de
marifoon een groepsoproep beantwoorden als die wordt gedaan
vanaf een andere radio waarvan het groepsnummer in het geheu-
gen staat.
30 |
Menu DSC call (DSC-oproep) |
V20S gebruikershandleiding