14
nlbe | Systeeminstallatie en -configuratie
2.2.3
Installeer de bedieneenheid
1.
2.
Afbeelding 2.1 Adresschakelaar bedieneenheid
1
2
3.
AANWIJZING!
Monteer de basis op een niet-metalen oppervlak dat zich dichtbij de hoofdingang/uitgang
bevindt.
i
Zorg ervoor dat er minstens 1,2 m ruimte tussen elke bedieneenheid is indien u meer dan één
bedieneenheid installeert.
Monteer de bedieneenheid niet nabij bestaande telefoonlijnen.
Monteer de bedieneenheid niet nabij andere elektronische apparaten of elektrische leidingen.
4.
5.
6.
Raadpleeg Paragraaf Weergavestatussen bedieneenheid, Pagina 88 voor een overzicht van de
verschillende displaystanden van de bedieneenheid.
F01U087848 | 01 | 2009.02
Ontgrendel de bedieneenheid en scheid deze van de basis.
Als u meer dan één bedieneenheid installeert, moet elke bedieneenheid een uniek adres
hebben. Geldige adressen zijn 1 tot 4. Raadpleeg Afbeelding 2.1 voor de locatie van de
adresschakelaar.
Frontpaneel bedieneenheid
Standaardinstellingen adresschakelaar
Monteer de basis van de bedieneenheid op het gewenste oppervlak met gebruik van de
daarvoor bestemde montagegaten. Gebruik de ingebouwde waterpas in de basis van de
bedieneenheid als leidraad.
Sluit de databusklemmen van de bedieneenheid aan op de databusklemmen van de
centrale (gebruik hiervoor een aparte kabel). Raadpleeg Afbeelding 1.1, Pagina 7.
Sluit de audiobusklemmen van de bedieneenheid aan op de audiobusklemmen van de
centrale.
Voor audiobusklemmen wordt gebruik van gevlochten aderparen aanbevolen (UTP-CAT5).
Raadpleeg Afbeelding 1.1, Pagina 7.
Plaats de bedieneenheid terug in de basis en vergrendel de bedieneenheid.
Systeemreferentiegids
Easy Series
Bosch Security Systems, Inc.