Easy Series | Installatiehandleiding | 1.0 Beknopte samenvatting 1.0 Beknopte samenvatting Systeemoverzicht C =12V C =0V NC C NO 12 VDC Sluit een tweedraads rookmelder of een inbraakmelder zoals een bewegingsmelder aan op zone 1. Gebruik de bekabelde EZPS-voeding of een transformator.
Easy Series | Installatiehandleiding | 1.0 Beknopte samenvatting Overzicht bedieneenheid Ref. Beschrijving cijfer Houd [1] twee seconden ingedrukt om een brandalarm te starten. Houd voor een noodalarm [1] en [2] twee seconden ingedrukt. Houd [2] twee seconden ingedrukt om een paniekalarm te starten.
Easy Series | Installatiehandleiding | 1.0 Beknopte samenvatting Informatie over basisfuncties Onderdeel Beschrijving Huistelefoon: Druk driemaal op [#] en voer een PIN-code in. Bel het huisnummer, en druk driemaal op [*] wanneer de oproep wordt Externe telefoon: beantwoord. Voer een PIN-code in.
Easy Series | Installatiehandleiding | 1.0 Beknopte samenvatting Installeren van het systeem (vast en draadloos) Nadat het systeem is geïnstalleerd en geconfigureerd kunt u afstandsbedieningen aan nieuwe gebruikers toewijzen. Voor de installatie van een inbraakalarmcentrale van de Easy-serie met draadloze randapparatuur: 1.
Easy Series | Installatiehandleiding | 1.0 Beknopte samenvatting Telefoonmenu van de installateur Datum en tijd instellen Signaalgevertest Volledige Accutest systeemtest Communicatietest Menu Systeemtest Test bedieneenheid. Zonetest Uitgangen bedienen Systeemonderhoud Menu systeemtest verlaten Meest recente gebeurtenissen Gebeurtenissen op datum Logboek Laatste alarm...
Easy Series | Installatiehandleiding | 1.0 Beknopte samenvatting Telefoonmenu gebruiker Systeem inschakelen en binnen blijven Systeem inschakelen en weggaan Gedeeltelijke inschakeling inschakelen Om deze optie te kunnen horen moet gedeeltelijke Het systeem in- of uitschakelen inschakeling zijn ingeschakeld. Deze optie alleen op...
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie 2.0 Installatie Zorg dat alleen een bevoegde installateur dit systeem installeert. Omdat de inbraakcentrale permanent is aangesloten, moet de groep waarop deze is aangesloten onmiddellijk toegankelijk zijn. Volg antistatische procedures bij het behandelen van de print van de inbraakcentrale.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie Plaatsing van de print van de inbraakcentrale (Stap 2) 1. Plaats de bevestigingsklemmen op de uitsparingen van de behuizing. 2. Plaats de bovenste rand van de print tussen de gleuven, en plaats het paneel dan op de bevestigingsklemmen.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie Plaatsing van de bedieneenheid (Stap 3) Zie de EZ1 Installatiehandleiding bedieneenheid (P/N: F01U003737) voor volledige instructies voor plaatsing van de bedieneenheid, die bij de bedieneenheid is bijgeleverd. Bevestig de bedieneenheid voor een goed RF ID-contact op een niet-metalen ondergrond.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie DX2010-installatie (Stap 4) De inbraakcentrale ondersteunt maximaal drie DX2010-ingangsuitbreidingen voor zones 9 t/m 32. Zie de DX2010 Installatiehandleiding (P/N: 49533) voor meer informatie. 1. Bevestig de DX2010 in de behuizing van de inbraakcentrale of in een andere geschikte behuizing.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie Plaatsing van de draadloze hub (Stap 5) Zie voor de plaatsing van de draadloze hub of een ander draadloos apparaat Sectie 3.0 Zone- uitbreiding op pagina 24, de ISW-BHB1-WX Installatiehandleiding (P/N: F01U500915), de wLSN Referentiegids (P/N: F01U026478), en de installatiehandleiding die bij elk draadloos apparaat geleverd wordt.
7 - Eindelusweerstand (P/N: 25899) 8 - Bosch EOL200 eindelusmodule Zie de Easy Series Rookmelder Compatibiliteitslijst (P/N: F01U004853) voor compatibele tweedraads rookmelders. Programmeer de uitgangsfunctie voor systeemreset bij gebruik van een uitgang om een vierdraads rookmelder van stroom te voorzien. Zie sectie 4.2.3 Uitgangen op pagina 34.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie 2.6.2 Bekabeling inbraakzone Zie de afbeeldingen hieronder om de bewaakte zones 1 t/m 32 als vaste of draadloze inbraakzones te configureren. Zie Sectie 4.2.1 Zones op pagina 32 voor het programmeren van de bewaakte zones 1 t/m 32 als inbraakzones.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie Programmeerbare uitgangen (Stap 7) Scheid de bekabeling van de hoofdvoeding en van accu’s van alle laagspannings bekabeling. Zie Sectie 7.2 Laagspannings kabelroutering op pagina 59 voor meer informatie. 2.7.1 Bekabeling programmeerbare uitgang 1...
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie Telefoonlijnverbindingen (Stap 8) Sluit de binnenkomende telefoonlijn en de huistelefoon aan op de print van de inbraakcentrale. De middelste twee aansluitingen zijn voor de externe telefoonlijn. De twee buitenste voor de interne telefoonlijn.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie 2.11 Aansluiting van de voeding (Stap 11) Dit systeem maakt ofwel gebruik van een EZPS interne voeding, OF van een inplugbare voeding. Voor beide voedingen zijn een aardedraad van de behuizing en een accu benodigd.
Pagina 21
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie 4. Sluit de EZPS-draden aan op het paneel van de inbraakcentrale. 5. Steek de deurscharnieren in de behuizing. 6. Duw de aardedraadconnector van de behuizing op het ongeverfde deel van het bovenste scharnier van de deur.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie 2.11.2 Externe (adapter) voeding Sluit een aardedraad van de behuizing aan op een goede aardebron. 2. Sluit de aardedraad van de behuizing aan. Zie Stappen 5 t/m 8 in Sectie 2.11.1 EZPS-aangesloten stroomvoeding op pagina 20.
Easy Series | Installatiehandleiding | 2.0 Installatie 2.12 Bevestig de behuizing (Stap 12) Om de deur van de behuizing te vergrendelen: • Plaats de deurvergrendeling • Bevestig de deur met behulp van schroeven. Schroeven zijn niet bijgeleverd. 2.13 Programmeren van de inbraakcentrale (Stap 13) Na voltooiing van de installatie kunt u de inbraakcentrale programmeren.
Easy Series | Installatiehandleiding | 3.0 Zone-uitbreiding 3.0 Zone-uitbreiding Zie de wLSN Referentiegids (P/N: F01U026478) die bij de draadloze hub is geleverd, en de installatiehandleidingen die bij elk draadloos apparaat worden geleverd voor volledige informatie over de installatie en configuratie van draadloze apparaten.
Easy Series | Installatiehandleiding | 3.0 Zone-uitbreiding 3.1.3 Apparaten configureren Ingangs- en uitgangsapparatuur Het ISW-BMC1-S135X deur/raamcontact en de ISW-BIN1-S135X trillingsdetector maken als ingang gebruik van een magnetische schakelaar. Als de magnetische schakelaar niet wordt gebruikt, verwijder de magneet dan uit het apparaat voordat u de zonetest begint.
Pagina 26
Easy Series | Installatiehandleiding | 3.0 Zone-uitbreiding Afstandsbedieningen Voeg afstandsbedieningen toe nadat alle andere draadloze apparatuur (ingangen en uitgangen) zijn gevonden en geconfigureerd. 1. Toets nadat het laatste draadloze apparaat is geconfigureerd en de zonetest is beëindigd, herhaaldelijk [#] totdat u het Installateursmenu verlaat en de telefoonsessie beëindigt.
Easy Series | Installatiehandleiding | 3.0 Zone-uitbreiding Draadloos onderhoud 3.2.1 Draadloos configuratiemenu Gebruik het draadloos configuratiemenu om: • Nieuwe draadloze apparaten aan een bestaand draadloos systeem toe te voegen; • Draadloze apparaten toe te voegen die niet zijn gevonden toen het draadloze netwerk voor het eerst werd gevonden;...
Easy Series | Installatiehandleiding | 3.0 Zone-uitbreiding 3.2.2 Zones 1 t/m 8 als draadloze zones toewijzen Om een bekabelde zone (1 t/m 8) als draadloze zone toe te wijzen, schakelt u de zone in programmering uit voordat u het systeem nieuwe apparaten laat zoeken.
Easy Series | Installatiehandleiding | 3.0 Zone-uitbreiding Meldingen van het draadloze systeem Zie de volgende tabel voor een beschrijving van systeemmeldingen die op het draadloze netwerk betrekking hebben. Systeemmelding Beschrijving “Draadloze apparaten zijn niet De zonetest is verlaten voordat alle draadloze zones zijn getest.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.0 Programmeren Programmering starten Kies een van de volgende manieren om naar het Installateursmenu te gaan: Methode Stappen Huistelefoon Toets [#][#][#]. Wacht tot u wordt gevraagd een PIN-code in te voeren. Voer de PIN-code van de installateur in.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Basisprogrammering Basisprogrammeren bestaat uit een gesproken menu met daarin de hoofdonderdelen van het programmeren. In het algemeen voldoet deze programmeringssectie om het hele systeem te programmeren. Systeemonderhoud Gebruikersmenu Zonebeschrijving opnemen Zones Zonetype instellen...
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.2.1 Zones U kunt geen draadloze zones programmeren zonder eerst de stappen te volgen in Sectie 1.4 Installeren van het systeem op pagina 6. Voer een zonenummer in van 1 tot 32. Zones Neem de zonebeschrijving op Als zone 1 zich bijvoorbeeld bevindt bij de voordeur van het pand, zeg dan na de toon “Voordeur”.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.2.3 Uitgangen U kunt geen draadloze uitgangen programmeren zonder eerst de stappen te volgen in Sectie 1.4 Installeren van het systeem op pagina 6. Uitgangsapparaten zijn sirenes, bellen, en flitslampen. Voer een uitgangsnummer in van 1 tot 8.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.2.4 Landcode Selecteer de juiste landcode voor uw installatie. Deze code stelt de inbraakcentrale in op de juiste landspecifieke standaardwaarden. Land Code Land Code Land Code Land Code Afghanistan Cambodja Gabon Kaapverdië Albanië...
Pagina 36
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Land Code Land Code Land Code Land Code Namibië Roemenië Tadzjikistan Vanuatu Nauru Ruanda Taiwan Vaticaanstad Nederland Russische Tanzania Venezuela Federatie Nepal Thailand Verenigd Koninkrijk Nevis Togo Verenigde Arabische Nicaragua Tonga Land Code...
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Expert programmering Pas expert programmering alleen toe als dit nodig is. Om te voldoen aan vereisten van bepaalde agentschappen, zie Sectie 7.7 Goedkeuringen en vereisten van agentschappen op pagina 69 voor eventueel noodzakelijke programmeringswijzigingen.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.3.1 Versie-onderdelen ROM firmware Onderdeel- Programmerings-onderdeel Beschrijving nummer Firmware versie inbraakcentrale Systeem meldt de geïnstalleerde firmwareversie. Dit onderdeel is alleen-lezen. Firmwareversie bedieneenheid 1 Systeem meldt de geïnstalleerde firmwareversie voor de geselecteerde bedieneenheid. Deze onderdelen zijn alleen-lezen.
Pagina 39
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Programmerings- Onderdeel- Beschrijving (bereik) Invoer onderdeel nummer Overschrijven PIN- 0 = Overschrijven uitgeschakeld code installateur 1 = Overschrijven ingeschakeld ingeschakeld Om de PIN-code van de installateur te overschrijven, maakt u een kortsluiting op de soldeerkussens gedurende ongeveer ongeveer 5 seconden (zie hieronder).
Pagina 40
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Programmerings- Onderdeel- Beschrijving (bereik) Invoer onderdeel nummer Telling zone overbruggen 1 = Een alarmrapport van zone toegestaan terwijl het systeem aan staat voordat de zone wordt overbrugd. 2 = Twee alarmrapporten van zone toegestaan terwijl het systeem aan staat voordat de zone wordt overbrugd.
Pagina 41
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Programmerings- Onderdeel- Beschrijving (bereik) Invoer onderdeel nummer Uur van testrapport Voer het uur in waarop de inbraakcentrale het testrapport verstuurt (0 tot 23). Minuut testrapport Voer de minuut in waarop de inbraakcentrale het testrapport verstuurt (0 tot 59).
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.3.3 Onderdelen doorkiezer programmering Om rapportage in te schakelen, configureert u de volgende programmeringsonderdelen: • Accountnummer (Onderdeelnummer expertprogrammering 100) • Route 1 primaire bestemming (Onderdeelnummer expertprogrammering 206) • Route 1 back-up bestemming (Onderdeelnummer expertprogrammering 207) - optioneel •...
Pagina 43
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Onderdeel- Programmeringsonderdeel Beschrijving (bereik) Invoer nummer In wacht plaatsen Voer een 3-cijferige string in. Draai dit eerst voordat u uitschakelen het nummer van de telefoon thuis draait. * = [*][*]; # = [*][#]...
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.3.4 Routering rapporteren programmeringsonderdelen Routering zone- en herstelrapporten Onderdeel- Programmeringsonderdeel Beschrijving Invoer nummer Voer een waarde in Onderdeelnummer expertprogrammering 301 in om globaal alle Zonerapporten en herstellingen (alle) volgende zonerapporten en zoneherstelrapporten op dezelfde waarde in te stellen.
Pagina 45
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Routering rapportage systeem aan en uit Onderdeel- Programmeringsonderdeel Beschrijving Invoer nummer Voer een waarde in Onderdeelnummer expertprogrammering 302 in om globaal alle Systeem aan en uit (open en volgende zonerapporten en sluiten) rapporten (alle) zoneherstelrapporten op dezelfde waarde in te stellen.
Pagina 46
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Routering systeem- en herstelrapporten (vervolg) Onderdeel- Programmeringsonderdeel Beschrijving Invoer nummer Plaatselijk programmeren succesvol Om een bepaald rapport aan te passen, voert u een waarde in het onderdeelnummer Batterij bijna leeg van dat rapport in.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.3.5 Onderdelen zoneprogrammering Zie de Invoertabellen zoneprogrammering vanaf pagina 48 voor onderdeelnummers expertprogrammering, standaardwaarden en invoercellen voor programmering. Programmeringsonderdeel Beschrijving (bereik) Zonetype Zie sectie 4.2.1 Zones op pagina 32 voor beschrijvingen van zonetypes.
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren 4.3.7 Programmeringsonderdelen bedieneenheid Onderdelen spraakconfiguratie Onderdeel- Programmeringsonderdeel Beschrijving (bereik) Invoer nummer Minimum herhalingstijd Voer in hoe lang de bedieneenheid wacht tussen alarmmelding alarmmeldingen voor herhaling van het bericht, ook wanneer de afstandssensor van de bedieneenheid beweging detecteert (1 tot 255 uur).
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Individuele onderdelen bedieneenheid Deze programmeringsonderdelen worden voor elke bedieneenheid die op de inbraakcentrale aangesloten is, apart ingesteld. Programmerings Onderdeel-nummer Beschrijving Invoer onderdeel Helderheid Bedieneenheid 1: 811 5 = Helderste display (1 tot 5)
4. Als de √ LED groen knippert, is de gegevensoverdracht geslaagd. Als de √ LED rood knippert, is de gegevensoverdracht mislukt. Bosch adviseert dat u de programmagegevens naar de ICP-EZPK-programmeringssleutel verstuurt nadat de inbraakcentrale is geprogrammeerd. Bosch Security Systems | 8/06 | F01U025116B...
Easy Series | Installatiehandleiding | 4.0 Programmeren Programmeersoftware op afstand (RPS) Er zijn twee manieren om een sessie te starten met de software voor programmeren op afstand(RPS): de installateur roept RPS op, of RPS roept de inbraakcentrale op. Kies de methode die het beste tegemoet komt aan de vereisten van het systeem voor programmeren op afstand.
√ LED knippert groen = test geslaagd √ LED knippert rood = test mislukt 6.0 Onderhoud Bosch adviseert dat het systeem regelmatig wordt getest en wordt gecontroleerd op naleving van plaatselijke wet- en regelgeving. Bosch Security Systems | 8/06 | F01U025116B...
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Laagspannings kabelroutering Alle bekabeling is laagspanningskabel, behalve de netspanning en accu. Scheid draden van de netspanning en accu ten minste 6,4 mm van andere draden en zet ze vast op de behuizing om verplaatsing te voorkomen.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Berekening accu Gebruik de volgende formule om de capaciteit van de accu te berekenen voor 24 uur standby-voeding en vier minuten alarmvermogen: (Totaal B _____ x 24 uur) + (totaal C _____ x 0,067 uur) + 10% reserve = totale accu Ah nodig Als het totaal van kolom C groter is dan 1,4 A, maak dan gebruik van een externe stroomvoorziening.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Standen van het display Display Kleur Beschrijving Er is geen alarm of probleem. Groene cirkel U kunt het systeem inschakelen. Er is een systeemprobleem. U kunt het systeem nog steeds inschakelen. Knipperende groene cirkel Alarmgeheugen is actief.
Pagina 64
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Display Kleur Beschrijving Uitlooptijd loopt. Knipperend rood icoon Cirkelsegmenten worden per keer aangezet voor een visuele indicatie van de uitlooptijd. Rood Systeem staat aan (aanwezig of gedeeltelijke inschakeling). Inloopvertraging loopt. Cirkelsegmenten worden per keer aan- of uitgezet voor een Knipperend icoon visuele indicatie van de inloopvertraging.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Veelgestelde vragen (FAQ) 7.6.1 Vragen over programmering Kan ik de inbraakcentrale programmeren als er geen telefoonlijn op is aangesloten? Ja. Volg de volgende stappen: Sluit een telefoonset aan op de testklemmen van de print van de inbraakcentrale.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Ik wil gebruikmaken van gedeeltelijke inschakeling. Hoe schakel ik die in? Volg de volgende stappen: Start een telefoonsessie. Zie sectie 1.3 Informatie over basisfuncties op pagina 4 voor aanwijzingen. Voer de PIN-code van de installateur in.
Pagina 67
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Hoe verwijder ik een gebruiker? Alleen de hoofdgebruiker kan een gebruiker verwijderen. Vanaf de bedieneenheid: Houd [3] ingedrukt. Wanneer het systeem daarom vraagt, toon dan de badge of voer de PIN-code van de hoofdgebruiker in.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal 7.6.3 Vragen over de bedieneenheid Hoe stel ik het adres van de bedieneenheid in? Draai de roteerschakelaar op de printplaat van de bedieneenheid naar de gewenste positie (1 t/m 4). Elke bedieneenheid moet een eigen adres hebben.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Goedkeuringen en vereisten van agentschappen 7.7.1 Verklaringen en goedkeuringen Naleving van specifieke standaarden zoals SIA CP-01 en DD243 vermindert ongewenst alarm en is in veel locaties verplicht. De inbraakalarmcentrale van de Easy serie voldoet aan de volgende certificaties, goedkeuringen en standaarden: •...
Als u problemen ondervindt met de inbraakalarmcentrale van de Bosch Easy-serie, neem dan contact op met de klantenservice van Bosch Security Systems voor informatie over reparaties en garanties. Als het probleem schade toebrengt aan het telefoonnetwerk, kan het telefoonbedrijf u verzoeken om de apparatuur uit het netwerk te verwijderen totdat het probleem is opgelost.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Beknopte samenvatting Zie de volgende tabel voor programmeerbare toepassingen, fabrieksstandaarden en aanbevolen programmering die voldoet aan de ANSI/SIA CP-01 standaard ter vermindering van ongewenst alarm. De systeemtestknop test alle zones, uitgangen, de inbraakcentrale en de doorkiezer. Zie sectie 5.0 Systeemtest op pagina 57 voor meer informatie.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal 7.7.5 Underwriters Laboratories (UL) Brandalarmsysteem voor thuisgebruik • Plaats tenminste één vierdraads continue rookmelder van de UL-lijst die binnen het voltagebereik van 11,2 VDC tot 12,3 VDC kan functioneren. De maximum belasting voor rookmelders is 50 mA.
Pagina 73
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Commercieel inbraak, klasse A met meldkamer verbonden, bewaakte panden • Zie Commercieel inbraak, klasse A plaatselijk, handelsversie voor installatie-vereisten. • Zorg dat de geïntegreerde doorkiezer is ingeschakeld (Programmeringsonderdeel 304 = 0; zie pagina 46).
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal 7.7.6 EN50131-1 De inbraakalarmcentrale van de Easy serie voldoet aan EN50131-1 beveiligingsklasse 2, omgevingsklasse II. Installatie, programmering en onderhoud • Installatie: Zie Sectie 2.0 Installatie op pagina 9. • Programmeren: Zie Sectie 4.0 Programmeren op pagina 30.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal 7.7.7 PD6662 en DD243 vereisten Om te voldoen aan PD6662 en DD243 moet u voldoen aan alle EN50131-3 vereisten en aan de volgende vereisten: Onderhoud Een gekwalificeerde technicus moet het systeem ten minste tweemaal per jaar controleren.
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Specificaties Behuizing Afmetingen (h x b x d): 37 cm x 31,8 cm x 8,5 cm. Constructiemateriaal: Koudgewalst staal, zink zegel, 0,36 mm dik (20 Ga.) Omgevingscondities 93% bij 32°C ±2°C Relatieve vochtigheid: Werkingstemperatuur: -10°C tot +49°C...
Pagina 77
Easy Series | Installatiehandleiding | 7.0 Referentiemateriaal Telefoonlijn Probleem met voltage telefoonlijn: Probleemsituatie ontstaat wanneer het voltage van de telefoonlijn tussen 1,10 V en 4,75 V ligt. Stroomvereisten voor inbraakcentrale Ingangsspanning netspanning: Gebruik een 18 V klasse 2 transformer (22 VAC, VA 50/60 Hz) van de UL-lijst, of de EZPS elektrische voeding (niet gecontroleerd door UL).