1
Figuur 13
Figuur 14
Testomat_Pro_FE_NL_240215
5.1.10 In- en uitgangen aansluiten
Mogelijke schade aan het apparaat door onjuiste aansluiting van de
in- en uitgangen!
Het verkeerd aansluiten van in- en uitgangen beschadigt het apparaat.
•
Zet op deze aansluitingen geen externe spanning.
•
Let erop dat de aders in de klemmen goed vastzitten.
Voor de besturings- en monitoringsfuncties bezit het Testomat
apparaat de hieronder beschreven aansluitingen. Ga bij het aansluiten
als volgt te werk:
1. Neem de blinde stop uit de betreffende kabeldoorvoeringen (zie
figuur 13).
2. Leid de kabel door van de componenten.
3. Draai de wartel van de kabeldoorvoer aan en breng zo de
trekontlasting tot stand.
4. Sluit het bovenste paneel na de installatie weer met de beide
bevestigingsschroeven.
Voedingsklemmen aansluiten
Klemmen-
Soort
aanduiding
IN
PE
n
OUT
l
N (U)
IN
L (V)
Tabel 13
Product klaarmaken voor gebruik - Installatie
Functie
Opmerking
Bij 100 – 240 V!
Aardleiding (5x)
Nulader, met 4A
gezekerd (4x)
Consumentennet,
max. 4 A
Fase, met 4A
gezekerd (4x)
Net, N=nulader
Stroomtoevoer
(U=24V)
50-60 Hz
Net, L=fase (V=24V)
100-240 V
®
PRO FE-
29