Een drumkit selecteren
Een beschrijving van de display die u oproept via [DRUM KIT] → [F1] PLAY vindt u op pagina 30 van
de Beknopte handleiding.
Drumvoiceparameters instellen
Elk van de displays die u oproept met de knoppen [F2] en [SF1] – [SF4] biedt twee indicatietypen: INPUT en SOURCE in
de linkerbovenhoek van de display. Als u in deze displays op de knop [SF5] drukt, schakelt het displaytype tussen 'INPUT'
(de parameters van elke triggeringangsaansluiting kunnen worden bewerkt) en 'SOURCE' (de parameters van elke
triggeringangsbron kunnen worden bewerkt).
Drumvoice toewijzen aan de pad
Wanneer u de INPUT-display oproept, kunt u een voiceset
toewijzen aan elk van de triggeringangsaansluitingen.
Wanneer u de SOURCE-display oproept, kunt u een
drumvoice toewijzen aan elk van de triggeringangsbronnen
van de pad. Door SOURCE in te stellen op MIDI in de
SOURCE-display kunt u de drumvoice toewijzen aan elk
MIDI-nootnummer. Dit is handig bij het gebruik van de
Stack/Alternate-functie (pagina 86).
OPMERKING
• Zie pagina 62 voor meer informatie over de relatie tussen drumkits,
drumvoices, voicesets, triggeringangsbronnen en
triggeringangsaansluitingen.
Wanneer u de INPUT-display oproept:
1
1 INPUT
Bepaalt de triggeringangsaansluiting (waarmee de gewenste
pad is verbonden). Als Input Lock
de triggeringangsaansluiting ook selecteren door op de
overeenkomstige pad te slaan.
snare, tom1, tom2, tom3, tom4, ride, crash1,
Instellingen
crash2, hihat, kick, pad11, pad12, pad13,
pad14, pad15
B Voicesetcategorie
Bepaalt de voicesetcategorie.
Instellingen
kick, snare, tom, cymbal, hihat, perc, efct
OPMERKING
• Op de INPUT-display verschijnt een sterretje (*) wanneer de voice die
is ingesteld aan elke triggeringangsbron verschilt van die in de
huidige voiceset.
[SF1] SELECT
2
3
4
5
5
is uitgeschakeld, kunt u
Drum Kit-modus [DRUM KIT]
C Voicesetnummer
Bepaalt het voicesetnummer in de voicesetcategorie die u
2
hebt geselecteerd onder
.
Instellingen
Zie het afzonderlijke boekje Data List.
D [SF5] SOURCE
Als u op de knop [SF5] drukt, schakelt het displaytype tussen
'INPUT' (de parameters van elke triggeringangsaansluiting
kunnen worden bewerkt) en 'SOURCE' (de parameters van
elke triggeringangsbron kunnen worden bewerkt).
E [SF6] Input Lock
U kunt Input Lock (Ingangsvergrendeling) in- en uitschakelen
door op deze knop te drukken. Wanneer Input Lock is
ingeschakeld (de [L]-indicator verschijnt in de rechterboven-
hoek van de display), kan de triggeringangsaansluiting
worden gewijzigd, zelfs niet als u op een pad slaat. Deze
functie is nuttig wanneer u de parameters van de huidige pad
(de pad die is aangesloten op de huidige triggeringangs-
aansluiting) wilt aanpassen terwijl u op andere pads slaat.
Wanneer u de SOURCE-display oproept:
1
1 SOURCE
Bepaalt de triggeringangsbron. Als Input Lock
uitgeschakeld, kunt u de triggeringangsbron ook selecteren
door op de overeenkomstige zone van de pad te slaan.
Zie de Lijst van triggeringangsbronnen op
pagina 61. Als 'MIDI' is geselecteerd, kunt u
Instellingen
de drumvoice toewijzen aan elk MIDI-
nootnummer.
B Voice Category
Bepaalt de voicecategorie.
kick1, kick2, snare1, snare2, snare3, tom1,
tom2, cymbal, hihat, perc1, perc2, efct1,
Instellingen
efct2, USR-A, USR-B, USR-C, USR-D,
USR-E, USR-F, USR-G, USR-H
Referentie
[F1] PLAY
[F2] VOICE
1
niet
2
3
4
5
5
is
DTX900 Gebruikershandleiding
79