Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie En Veiligheidsvoorzieningen; Beveiligingen Voor Gesloten Vat Installatie; Afstanden Van De Veiligheidsvoorzieningen Volgens De Normen; Hydraulische Installatie - Extraflame LUCREZIA Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

tijdens de installatie van de kachel is het verplicht om het
systeem met een manometer uit te rusten voor weergave van de
druk van het water.
6.1.
inSTallaTie en
VeiligheidSVOORzieningen
de installatie, de bijhorende aansluitingen van het systeem, het in
werking stellen en de controle van de correcte werking moeten
volgens de regels van de kunst uitgevoerd worden, in naleving van
zowel de nationale als de regionale en gemeentelijke geldende
normen, alsook de onderhavige instructies.
in italië moet de installatie uitgevoerd worden door professioneel
bevoegd personeel (dm 22 januari 2008 n^37).
extraflame S.p.a. wijst iedere verantwoordelijkheid af voor
schade aan voorwerpen en/of personen veroorzaakt door het
systeem.
6.2.
beVeiligingen VOOR geSlOTen
VaT inSTallaTie
volgens de norm uni 10412-2 (2006) die in italië van kracht is,
moeten de gesloten systemen voorzien zijn van: veiligheidsklep,
thermostaat voor besturing van de circulator, thermostaat voor
activering van het akoestisch alarm, temperatuuraanwijzer,
drukaanwijzer, akoestisch alarm, automatische thermische
schakelaar voor bijregelen, automatische thermische schakelaar
voor
blokkering
(blokkeerthermostaat),
expansiesysteem, dissipatie veiligheidssysteem ingebouwd in de
generator met thermische uitlaatklep (zelfgestuurd), indien het
apparaat niet voorzien is van een systeem voor zelfafstelling van
de temperatuur.
6.3.
afSTanden Van de
VeiligheidSVOORzieningen
VOlgenS de nORMen
component
veiligheidssensoren voor de
temperatuur
ontbrekende voorzieningen
gezien niet standaard
de veiligheidssensoren van de temperatuur moeten op de
machine zitten of op een afstand van niet meer dan 30 cm
van de aansluiting voor aanvoer. wanneer de generatoren niet
voorzien zijn van alle voorzieningen, kunnen deze die ontbreken
geïnstalleerd worden op de toevoerleiding van de generator,
op niet meer dan 1 m afstand van de machine. de automatisch
geladen verwarmingstoestellen van het huishoudelijk type
moeten: uitgerust zijn met een thermostaat voor blokkering van
de brandstof ofwel uitgerust zijn met een koelcircuit voorzien door
de constructeur van het toestel.
het koelcircuit moet geactiveerd worden door een thermische
veiligheidsklep, om ervoor te zorgen dat de limiettemperatuur
opgelegd door de norm niet overschreden wordt.
de aansluiting tussen de voedingsgroep en de klep moet vrij zijn
van afsluitingen.
de druk vóór het afkoelingscircuit moet minstens 1,5 bar
bedragen.
OpgepaST ! heT MOdel cOMfORT idRO iS STandaaRd nieT
uiTgeRuST MeT expanSieVaT en ciRculaTOR.

hydraulische installatie

circulatiesysteem,
afstand
op de machine of niet meer
dan 30 cm
niet meer dan een meter, op
de toevoerbuis
7.
hYdRauliSche
inSTallaTie
in dit hoofdstuk worden enkele begrippen beschreven die verwijzen naar de
italiaanse norm uni 10412-2 (2006). zoals hiervoor uitgelegd, moeten tijdens de
installatie alle nationale, regionale, provinciale en gemeentelijke normen nageleefd
worden die van kracht zijn in het land waar het toestel wordt geïnstalleerd.
TYpe SYSTeeM
er bestaan 2 verschillende types systemen: open en gesloten systemen. het
product werd ontworpen en uitgevoerd om te werken met gesloten systemen.
geSlOTen SYSTeMen VOOR auTOMaTiSch geladen appaRaTen
systeem waarbij het water vanbinnen niet rechtstreeks of onrechtstreeks in
communicatie is met de atmosfeer. in het algemeen is het gesloten systeem
uitgerust met één van de volgende expansie-inrichtingen:
voorgeladen gesloten expansievat, met ondoorlaatbaar membraam dat
geen gassen doorlaat.
automatisch gesloten expansiesysteem met compressor en ondoorlaatbaar
membraam dat geen gassen doorlaat.
automatisch
gesloten
expansiesysteem,
ondoorlaatbaar membraam dat geen gassen doorlaat.
expansiesysteem zonder diafragma.
algeMeen
de gesloten systemen moeten uitgerust zijn met:
veiligheidsklep
thermostaat voor besturing circulator
thermostaat voor activering van het akoestisch alarm
temperatuurindicator
drukindicator
akoestisch alarm
automatische thermische schakelaar voor afstelling
automatische thermische schakelaar voor blokkering
(blokkeerthermostaat)
circulatiesysteem
expansiesysteem
veiligheidsdissipatiesysteem ingebouwd in de generator met thermische
afvoerklep (zelfaangestuurd), wanneer de apparatuur niet voorzien is van een
systeem voor zelfregeling van de temperatuur
de veiligheidssensoren voor de temperatuur moeten op de machine zitten of op
een afstand van niet meer dan 30 cm van de toevoer.wanneer de generatoren niet
voorzien zijn van alle voorzieningen, kunnen de ontbrekende op de toevoerleiding
van de generator geïnstalleerd worden, op een afstand ten opzichte van de machine
van niet meer dan 1 m.de automatisch geladen verwarmingstoestellen van het
huishoudelijk type moeten uitgerust zijn met een thermostaat voor blokkering van
de brandstof of uitgerust zijn met een koelcircuit voorzien door de constructeur van
het toestel, geactiveerd door een thermische veiligheidsklep, om ervoor te zorgen
dat de limiettemperatuur opgelegd door de norm niet overschreden wordt. de
aansluiting tussen de voedingsgroep en de klep moet vrij zijn van afsluitingen. de
druk vóór het afkoelingscircuit moet minstens 1,5 bar bedragen.
Veiligheidskleppen
het afvoerdebiet van de veiligheidsklep moet van die aard zijn om de afvoer van
een hoeveelheid stoom toe te laten die niet lager is dan: Q / 0,58 [kg/u] waarbij:
Q het nuttig vermogen is afgegeven aan het water van de generator, uitgedrukt
in kilowatt.de diameter van de minimum netto dwarsdoorsnede van de ingang
van de klep mag in ieder geval niet kleiner zijn dan 15 mm.de afvoerdruk van de
klep, gelijk aan de kalibreerdruk verhoogd met de overdruk, mag de maximum
werkingsdruk van de warmtegenerator niet overschrijden.de uitvoerder moet
controleren of de maximumdruk gemeten op ieder punt van het systeem de
maximum werkingsdruk van ieder component niet overschrijdt.de veiligheidsklep
moet aangesloten worden op het hoogste gedeelte van de warmtegenerator of
op de uitgangsleiding, in de buurt van de generator. de lengte van het stuk buis
tussen de koppeling op de generator en de veiligheidsklep mag niet langer zijn
dan 1 m.de leiding voor aansluiting van de veiligheidsklep op de warmtegenerator
mag niet afsluitbaar zijn en mag op geen enkel punt een doorsnede hebben die
kleiner is dan deze bij ingang van de veiligheidsklep of de som van de doorsnedes
bij ingang indien er meerdere kleppen zijn die uitkomen op één enkele leiding.de
afvoerleiding van de veiligheidsklep moet zo uitgevoerd worden dat ze de normale
werking van de kleppen niet belemmert en geen schade aan personen berokkent;
de afvoer moet uitmonden in de onmiddellijke nabijheid van de veiligheidsklep,
en moet toegankelijk en zichtbaar zijn. de diameter van de afvoerleiding mag in
met
transferpomp
en
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Lp14Lp20Lp30

Inhoudsopgave