MPPT zonnelader handleiding
Voorbeeld van verschillen in uitgangsvermogen bij verschillende accuspanningen
9.5.5. Gemengde PV-paneeltypes
Het is niet aanbevolen een mix van verschillende PV-paneeltypes aan te sluiten op dezelfde PV-lader.
Gebruik alleen zonnepanelen die hetzelfde merk, type en model zijn.
9.5.6. PV-Verbindingen verbrand of gesmolten
Verbrande of gesmolten PV-kabels of verbindingen vallen over het algemeen niet onder de garantie. In de meeste gevallen is dit
te wijten aan een van de volgende redenen:
Zonnekabel
• Kabels met vaste kern of stijve aders gebruikt.
• Kabels waar de kern is gesoldeerd.
• Kabel te dun - onthoud dat de stroom hoger zal zijn als het PV-spanning lager is. Voor meer informatie over kabeldiktes zie het
Wiring Unlimited
boek.
Schroefklemmen
• Losse schroefklemmen.
• Kabelisolatie te diep in de connector gestoken.
• Kabels met vaste kern of stijve aders gebruikt.
• Kabels waar de kern is gesoldeerd.
MC4-klemmen
• Stroom is hoger dan 30 A per connectorpaar.
• Verkeerd gekrompen MC4-connectoren.
• Slechte kwaliteit MC4-connectoren gebruikt
9.5.7. MC4-Connectoren verkeerd aangesloten
Voor een gedetailleerde uitleg over het aansluiten van MC4-connectoren, MC4-splitters en MC4-combiners, zie de
Wiring
unlimited
boek, hoofdstuk 4.10: "Zonnepanelen".
9.5.8. Optimizers kunnen niet worden gebruikt
Gebruik geen zonnepanelen met optimizers samen met de PV-lader.
Bijna alle optimizers bevatten een MPPT of andere volgmechanismen en dit hindert het MPPT-algoritme in de PV-lader.
9.5.9. Aardingsfoutdetectie ontbreekt
Deze PV-lader is niet uitgerust met een aardingsfoutrelais of een aardingsfoutwaarschuwingscircuit. Gebruik een extern
aardfoutrelais of een aardingsfoutdetector.
Pagina 57
Probleemoplossing en ondersteuning