7.
onderhoud
Wees voorzichtig met elektrische kabels!
ATTENTIE!
Houd bij het onderhoud van het product rekening met de intensiteit van het gebruik en de
omgeving waarin deze gebruikt wordt. Wanneer het product correct gebruikt en regelmatig
onderhouden wordt, voorkomt u daarmee onnodige storingen tijdens gebruik en productie.
7.1
dagelijks onderhoud
• Verwijder lasspetters van de tip van het laspistool en controleer de staat van de onderdelen.
Vervang beschadigde onderdelen meteen door nieuwe onderdelen. Gebruik altijd originele
Kemppi onderdelen.
• Vervang beschadigde isolatieonderdelen meteen door nieuwe onderdelen.
• Controleer de correcte bevestiging van de aansluitingen van het laspistool en van de
werkstukkabel.
• Controleer de staat van de stroomvoorziening en de laskabel en vervang defecte/
beschadigde kabels.
• Controleer de staat van de netvoeding en laskabels en vervang beschadigde kabels.
• Zorg voor voldoende ruimte rond het apparaat voor ventilatie.
Pleeg, na elke vervanging van de spoel, onderhoud aan het aandrijfmechanisme.
• Controleer de slijtage van de aanvoerrolgroef en vervang de aanvoerrol indien nodig.
• Reinig de draadliner van het laspistool zorgvuldig met droge perslucht.
Wanneer u gebruik maakt van persluchtpistolen, moet u ervoor zorgen dat u
ATTENTIE!
adequate veiligheidsuitrusting draagt, waaronder geschikte werkkleding, handschoenen en een
veiligheidsbril. Richt persluchtpistolen, of het uiteinde van de draadliner, nooit rechtstreeks op uw
huid, gezicht of anderen in uw omgeving.
Kempact RA-modellen zijn standaard voorzien van overtemperatuur en WireLine
ATTENTIE!
service-indicatoren (eerder beschreven in de handleiding).
Als de thermische beveiligingsindicator wordt afgebeeld, kan dit zijn doordat de lastijden de
ingestelde inschakelduur overschrijden. De machine zal zichzelf resetten na een rustperiode
om af te koelen. Maar als het optionele koellucht inlaatfilter op de machine is aangebracht, kan
dit vervuild zijn en de koelluchtstroming hinderen. In dat geval moet het filter schoon gemaakt
worden. Zie paragraaf 4.9.1.
Als de WireLine service-indicator brandt, duidt dit erop dat het draadaanvoersysteem niet
efficient loopt. Controle, afstelling of reiniging is vereist voor de as van de haspelfrictie-unit,
het draadaanvoermechanisme of het pistool/de liner. Het lassen wordt niet geblokkeerd als het
WireLine servicesymbool brandt. Het dient zuiver ter informatie dat onderhoud is vereist.
© Kemppi Oy / 1336
NL
27