Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Opties Voor Beeldoptimalisering Aanpassen: Eigen - Nikon D40 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Opties voor beeldoptimalisering aanpassen: Eigen

Selecteer Eigen om de volgende opties aan uw voorkeur aan te passen. Nadat u de instellingen hebt
aangepast, markeert u Gereed en drukt op OK.
• Verscherping: Kies hoe sterk contouren tijdens opname moeten worden
verscherpt. Kies een hoge instelling voor extra scherpe contouren, een
lage instelling voor zachtere contouren.
Standaardinstelling: Automatisch.
• Tooncompensatie: Regelt het contrast. Een lage instelling voorkomt detail-
verlies in de hoge lichten bij felle verlichting of direct zonlicht. Een hoge
instelling zorgt voor behoud van details bij mistige landschappen en
andere onderwerpen met een laag contrast. Kies Eigen als u een door
de gebruiker gedefinieerde tooncurve wilt selecteren die is gemaakt
met Camera Control Pro versie 1.2.0 of hoger of Camera Control Pro 2
(beide apart verkrijgbaar;
software voor meer informatie.
Standaardinstelling: Automatisch.
• Kleurstand: Regelt de kleurreproductie. Foto's die zijn gemaakt in de stan-
den Ia en IIIa worden aangepast aan de sRGB kleurruimte en zijn
geschikt voor printen of algemeen gebruik zonder verder aanpassing.
Kies Ia voor portretopnamen en IIIa voor natuur- en landschapsopna-
men. Stand II is aangepast aan de Adobe RGB kleurruimte, die een gro-
ter kleurbereik ondersteunt dan sRGB. Stand II geniet de voorkeur voor
foto's die uitgebreid zullen worden bewerkt of verbeterd.
Standaardinstelling: IIIa (sRGB).
• Verzadiging: Regelt de levendigheid van kleuren. Kies Gematigd voor
minder verzadigde kleuren, Verhoogd voor extra levendige kleuren.
Standaardinstelling: Automatisch.
• Tint aanpassen: De kleurtoon is instelbaar van –9° tot +9° in stappen van
3° (de graden hebben betrekking op het kleurenwiel, dat vaak wordt
gebruikt om een kleurtoon uit te drukken). Positieve waarden maken
rood meer oranje, groen blauwer en blauw paarser. Negatieve waarden
maken rood paarser blauw groener, en groen geler.
Standaardinstelling: ±0.
Kleurstand
De standen Ia en IIIa worden aanbevolen voor foto's die zonder aanpassing zullen worden geprint of bekeken in
programma's die kleurbeheer niet ondersteunen. Als het programma wel kleurbeheer ondersteunt, kiest u de
Adobe RGB kleurruimte wanneer u foto's opent die in stand II zijn genomen.
103). Raadpleeg de handleiding van de
Menugids/Opnameopties: het opnamemenu
69

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave