Storingen opsporen en verhelpen
WAARSCHUWING
Gevaar voor elektrische schokken
Voor installatie en onderhoud aan deze appa-
ratuur is toegang nodig tot onderdelen die, bij
een onjuiste werkwijze, elektrische schokken of
andere ernstig letsel kunnen veroorzaken. Voer
geen installatie- of herstelwerkzaamheden aan deze appa-
ratuur uit als u hiervoor niet bent opgeleid en gekwalificeerd.
Problemen met het spuitpatroon
Sommige problemen met het spuitpatroon worden veroorzaakt door een verkeerde balans tussen lucht en materiaal.
Probleem
Onregelmatige, sputterende werking.
Spuitpatroon niet goed.
Strepen.
309292
Gevaar van apparatuur onder druk
Kijk alle mogelijke oplossingen in de foutopsporingstabel na,
voordat u het pistool uit elkaar haalt.
Oorzaak
Geen materiaal.
Losse, vuile, beschadigde sproeikop
(nozzle)/zitting.
Lucht in materiaalleiding.
Beschadigde sproeikop (nozzle)
of luchtkap.
Materiaalaanslag op luchtkap
of sproeikop (nozzle).
Luchtdruk van ventilator te hoog.
Het materiaal is te dun.
Materiaaldruk te laag.
Luchtdruk van ventilator te laag.
Het materiaal is te dik.
Te veel materiaal.
Geen 50% overlapping gebruikt.
Vuile of beschadigde luchtkap.
Storingen opsporen en verhelpen
WAARSCHUWING
Om het risico van letsel verminderen moet u elke
keer de Drukontlastingsprocedure op blz. 24
volgen wanneer u de instructie krijgt de druk te
ontlasten.
Oplossing
Materiaal bijvullen.
Reinig of vervang de sproeikop (nozzle),
zie blz. 26.
Controleer de materiaalbron. Bijvullen.
Vervangen, zie blz. 26.
Reinigen. Zie de bedieningshandleiding.
Verminder de luchtdruk.
Verhoog de viscositeit.
Vergroot de materiaaldruk
Vergroot de materiaaldruk
Verlaag de viscositeit.
Verlaag het debiet.
Zorg voor een overlapping van 50%
per baan.
Reinigen of vervangen, zie blz. 26.
21