5.5
Sensoraansluiting
5.5.1 Kabelafscherming aansluiten
Gebruik zo mogelijk alleen geprefabriceerde originele kabel.
Kabelvoorbeeld (komt niet perse overeen met de originele kabel)
1
Fig. 30: Prefab kabel
1
Buitenafscherming (vrij gelegd)
2
Kabeladers met eindhulzen
3
Kabelmantel (isolatie)
1.
Maak een geschikte kabelwartel aan de onderkant van de behuizing los en verwijder de blindplug
uit de doorvoer.
2.
Plaats de wartel correct om het kabeluiteinde en trek de kabel door de doorvoer in de behuizing.
3.
Installeer de kabel zodanig in de behuizing, dat de blootgelegde kabelafscherming in een van de
kabelklemmen past en de kabeladers gemakkelijk tot aan de aansluitstekker van de
elektronicamodule kunnen worden geïnstalleerd.
4.
Schroef de kabelklem op en sluit de kabel aan. Aansluitend de schroef van de kabelklem weer
vastdraaien.
5.
Sluit de kabeladers aan conform het aansluitschema.
6.
Schroef tenslotte de kabelwartel van buiten af vast.
Endress+Hauser
2
3
a0013210
Fig. 31: Kabel plaatsen
4
Aardklem
4
a0013211
Fig. 32: Schroef vastdraaien
Kabelafscherming is door aardklem
geaard
Bedrading
a0013212
23