13
Reinigen en technisch
onderhoud
Regelmatige reiniging en technisch onderhoud
waarborgen een storingsvrij gebruik en een lange
levensduur van de warmtepompinstallatie.
Reinigen
n
Houd de binnen- en de buitenmodule vrij van
vuil, begroeiing en andere afzettingen.
Reinig het apparaat met een vochtige doek.
n
Gebruik geen scherpe, schurende op oplos-
middelen bevattende reinigingsproducten. Ook
het gebruik van een sterke waterstraal dient te
worden vermeden.
n
Open de buitenunit regelmatig en voer onder-
houd uit. Hierbij moeten de lamellen van de
verdamper worden gereinigd en evt. verontrei-
nigingen moeten uit de module worden verwij-
derd. Hierbij moet vooral rekening worden
gehouden met de condensaatafvoer. Een vrije
afvoer van de condens moet altijd worden
gegarandeerd
AANWIJZING!
Een installatie / montage van de externe
module onder bomen of struiken is niet aan te
raden!
Technisch onderhoud
n
Voor de wettelijk voorgeschreven er dichtheids-
controle en lektest dient er een onderhouds-
contract met jaarlijks onderhoudsinterval te
worden afgesloten met een hierop gespeciali-
seerde firma.
AANWIJZING!
Als het CO
-equivalent groter is dan hieronder
2
gespecificeerd, moet het koelcircuit worden
gecontroleerd op lekken.
> 5 t 1 x per jaar
> 50 t 2 x per jaar
> 500 t 4 x per jaar
In principe moet een warmtepomp eens per jaar
worden onderhouden. Wij adviseren daarom
een onderhoudscontract af te sluiten waarbij
ook een lektest wordt uitgevoerd.
14
Tijdelijke
buitenbedrijfstelling
Indien de verwarmingsinstallatie gedurende een
langere periode niet wordt gebruikt (bij. door
vakantie), mag deze toch niet geheel worden uit-
geschakeld!
n
Gedurende de tijdelijke buitenbedrijfstelling
moet de installatie in de modus „Start-
klaar" worden gezet.
n
Voor de duur van de afwezigheid kunnen ver-
warmingstijden worden ingeprogrammeerd.
n
Als de buitenbedrijfstelling weer beëindigd
wordt, moet de vorige bedrijfsmodus weer
worden hersteld.
n
Het wijzigen van de bedrijfsmodus wordt in het
warmtepompmanager-handboek in het betref-
fende hoofdstuk beschreven.
AANWIJZING!
In de bedrijfsmodus „Startklaar" staat de warm-
tepomp standby. Alleen de antivriesfunctie van
de hele installatie wordt geactiveerd.
57