Inhoudsopgave
Advertenties
PRESET PROGRAMMA'S SPEED / INCLINE INSTELLINGEN
De vooraf ingestelde programma's SNELHEID en HELLINGsniveau worden weergegeven in de
onderstaande tabel. De SNELHEID in de grafiek geeft een percentage aan van de topsnelheid van
het programma, vb: de eerste snelheidsinstelling voor P1 (PROGRAMMA 1, HILL) toont het nummer
20. Dit betekent dat dit segment van het programma een snelheid zal hebben die 20% is van de
topsnelheid voor het programma (de gebruiker kan de topsnelheid aanpassen). Als de gebruiker de
topsnelheid instelt op 10 mph, is het eerste segment 2 mph. U zult merken dat segment 12 het cijfer
100 aangeeft, wat betekent dat de snelheid wordt ingesteld op 100% van 10 mph of gewoon 10 mph.
P1= HILL / P2= FAT BURN / P3= CARDIO / P4= INTERVAL
HIIT PROGRAMMA
Het HIIT-programma of High Intensity Interval Training, is gebaseerd op de laatste fitnesstrend. Het is
een intervaltraining die korte sprints op hoog vermogen afwisselt met korte rustperiodes.
Het HIIT-programma is een volledig aan te passen aan de noden van de trainer. Het aantal intervallen
tussen sprint en rusttijd, de weerstand van de niveaus is eenvoudig programmeerbaar.
1. Druk op de HIIT-toets en daarna op ENTER. Vul de leeftijd in door één van de UP/DOWN-toetsen te
gebruiken en druk vervolgens op ENTER om verder te gaan.
2. Vul het GEWICHT in door de UP/DOWN-toetsen of het numerieke toetsenbord te gebruiken en
druk vervolgens op ENTER. Het getal wordt opgeslagen en het volgende scherm opent.
3. Vul het aantal INTERVALLEN in door de UP/DOWN-toetsen of het numerieke toetsenbord
te gebruiken. Het aantal mogelijke intervallen ligt tussen 3 tot 15, de standaardinstelling is 10
intervallen. Eén interval is gelijk aan 1 sprint en 1 rustsegment. Druk vervolgens op ENTER. Het
getal wordt opgeslagen en het volgende scherm opent.
4. Vul de INTERVALtijd in. Het berichtenvenster toont SPRINT: 30 | REST: 30. SPRINT knippert.
Gebruik + of - of het numerieke toetsenbord om de sprinttijd (20 tot 60 sec) in te stellen.
REST knippert. Gebruik de UP/DOWN-toetsen of het numerieke toetsenbord om de rusttijd in te
stellen. Druk vervolgens op ENTER. De intervaltijd wordt opgeslagen en het volgende scherm opent.
5. Vul de SPRINTsnelheid in (de weerstand van de sprint tijdens de training) in door de UP/DOWN-
toetsen of het numerieke toetsenbord te gebruiken. Druk vervolgens op ENTER. Het getal wordt
opgeslagen en het volgende scherm opent.
6. Vul het RUSTniveau (de weerstand van het rustsegment) in door de UP/DOWN-toetsen of het
numerieke toetsenbord te gebruiken. Druk vervolgens op ENTER. Het getal wordt opgeslagen en
het volgende scherm opent.
7. Druk nu op START om het HIIT-programma te starten. Het programma begint met een
opwarmperiode van 3 minuten en een snelheid van 50% van de eerder gekozen sprintsnelheid. U
kunt de snelheid tijdens het opwarmen handmatig aanpassen.
10
Loopband CT900ENT
Advertenties
Inhoudsopgave
