Elk maaidek is voorzien van twee smeernippels per
as. Als de machine onder normale omstandigheden
wordt gebruikt, moet u de lagers van de achterrol
(Figuur
9) na elke 50 bedrijfsuren smeren met nr. 2
smeervet.
Belangrijk:
Controleer of de smeergroef in
beide rolbevestigingen is uitgelijnd met de
smeeropeningen in beide uiteinden van de rolas.
Als hulp bij het uitlijnen van de groef en de
opening bevindt zich verder een merkteken op
één uiteinde van de rolas.
Het maaidek van de
tractie-eenheid verwijderen
1.
Plaats de machine op een horizontaal vlak, laat
de maaidekken neer tot op de grond, zet de
motor af en stel de parkeerrem in werking.
2.
Ontkoppel de hydraulische motor en verwijder
deze van het dek
bovenzijde van de as zodat deze niet vuil wordt.
Figuur 8
Figuur 9
(Figuur
10). Bedek de
g011348
1. Montageschroeven van de motor
3.
Verwijder de lynchpen of de borgmoer (alleen
GM 4700) waarmee het draagframe van het
maaidek aan de draaipen van de hefarm is
bevestigd
g011349
1. Lynchpen
4.
Rol het maaidek bij de tractie-eenheid vandaan.
De maaidekken aan de
tractie-eenheid bevestigen
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak
en zet de motor af.
2.
Plaats het maaidek vóór de tractie-eenheid.
3.
Schuif het draagframe van het maaidek op de
draaipen van de hefarm. Bevestig dit met een
lynchpen of borgmoer (alleen GM 4700)
11).
4.
Installeer de hydraulische motor op het dek
(Figuur
10). Controleer of de O-ring zich op de
juiste plaats bevindt en niet beschadigd is.
5.
Smeer de as.
10
Figuur 10
(Figuur
11).
Figuur 11
2. Draaipen van hefarm
g011351
g011352
(Figuur