3.
Druk op Wifi-hotspot aan laten om in te stellen of de Wifi-hotspot au-
tomatisch uitgeschakeld moet worden nadat deze gedurende een in-
gestelde periode in de ruststand heeft gestaan:
Altijd om de Wifi-hotspot ingeschakeld te houden totdat u deze
•
handmatig uitschakelt.
Uitschakelen na 5 minuten van inactiviteit om automatisch uit
•
te schakelen na 5 minuten, indien in de ruststand.
•
Uitschakelen na 5 minuten van inactiviteit om automatisch uit
te schakelen na 10 minuten, indien in de ruststand.
4.
Druk op Wifi-hotspot instellen om de configuratie voor de Wifi-hot-
spot op te zetten:
Netwerknaam om de netwerknaam in te stellen die op andere
•
apparaten wordt weergegeven. Dit wordt ook wel de SSID
genoemd.
•
Beveiliging om het beveiligingstype in te stellen (gebruik altijd
WPA2 PSK indien dit ondersteund wordt door het aan te sluiten
apparaat).
Wachtwoord: er wordt een wachtwoord gebruikt om te voorko-
•
men dat anderen zonder uw toestemming toegang tot uw mobie-
le netwerk hebben. Deze optie is alleen beschikbaar als het
beveiligingstype WPA2(AES) is.
NB Vink Wachtwoord weergeven aan om dit te zien.
•
Druk op Opslaan om de wijzigingen te bevestigen.
5.
Druk op WPS aansluit. om via WPS verbinding met uw telefoon te
maken:
•
Knop indrukken: Selecteer eerst deze modus en probeer vervol-
gens via WPS verbinding te maken met het andere apparaat.
•
PIN van cliënt: Voer via WPS de opgegeven pincode in op het an-
dere apparaat. Het kan tot 30 minuten duren voordat de configu-
ratie is voltooid.
Druk op Verbinden om de WPS-verbinding op te zetten.
6.
Hieronder ziet u een overzicht van de verbonden en geblokkeerde
apparaten.
Nederlands
58