Plaatsen
Plaatsen
Pas op voor schade door condenswa-
ter.
In de directe omgeving van de bedrijfsaf-
wasautomaat mag uitsluitend meubilair
voor professioneel gebruik worden ge-
bruikt. Andere meubels kunnen door de
condens beschadigd raken.
Plaats alleen meubels die geschikt zijn
voor professioneel gebruik.
De bedrijfsafwasautomaat moet stabiel en
waterpas worden opgesteld. Oneffenheden
in de vloer en de hoogte van het apparaat
kunnen worden gecompenseerd met de
4 stelvoeten.
Als de bedrijfsafwasautomaat naast andere
apparaten of meubels wordt geplaatst of in
een nis, dan moet deze minstens 600 mm
breed en 600 mm diep zijn.
Vaatwassers met actieve droging hebben
een nisdiepte van 580 mm nodig.
Onderbouwen
Gevaar door kantelen van het appa-
raat.
De onderbouwmodellen moeten correct
worden ingebouwd. Plaats de bedrijfsaf-
wasautomaat alleen onder een doorlo-
pend werkblad dat aan de keukenkasten
eromheen is vastgeschroefd.
Plaats de vaatwasser onder een vastge-
schroefd doorlopend werkblad.
Als de bedrijfsafwasautomaat onder een
doorlopend werkblad wordt geplaatst, dan
moet de inbouwruimte minstens 600 mm
breed, 600 mm diep en 820 mm hoog zijn.
Vaatwassers met actieve droging hebben
een inbouwruimte met een diepte van
580 mm nodig.
Draai de stelvoeten voor de hoogtever-
stelling er niet meer dan 60 mm uit.
90
Verstelbaar sokkelpaneel
(afhankelijk van het model)
Vaatwassers met interne dosering of actieve
droging hebben een verstelbaar sokkelpa-
neel.
Stel de vaatwasser goed af.
Draai de beide schroeven rechts en links
op de sokkel los.
Trek de binnenkant van de sokkel omlaag
tot op de vloer.
Draai de schroeven weer stevig vast.
Bovenblad verwijderen
Als er een bovenblad is, kunt u dit als volgt
verwijderen:
Draai de beide veiligheidsschroeven aan
de achterkant van de bedrijfsafwasauto-
maat er met een schroevendraaier uit.
Open de deur.
Draai de linker en de rechter bevestigings-
schroef er met een schroevendraaier uit.
Verwijder het bovenblad naar boven toe.