De interlockschakelaars
controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
dodemansschakelaar, interlock-
schakelaar van de maaiaandrijving,
interlockschakelaar van de parkeer-
rem en interlockschakelaar van de
transmissie in vrijstand.
De dodemansschakelaar van de
stoel controleren
1.
Neem plaats op de bestuurdersstoel en start
de motor.
2.
Laat de maai-eenheden neer op de grond.
3.
Zet de schakelaar van de maaiaandrijving in de
stand vooruit-maaien.
4.
Sta op uit de bestuurdersstoel en controleer
of de maai-eenheden na 0,5 tot 1 seconde tot
stilstand komen.
5.
Herhaal stap
1
tot en met
van de maaidekaandrijving in de stand achteruit.
De interlockschakelaar van de
maaiaandrijving controleren
1.
Zet de motor af.
2.
Zet de schakelaar van de maaiaandrijving
in de stand
en draai het contactsleuteltje
UIT
naar de stand voorverwarmen-lopen
aftakaspictogram
worden in het InfoCenter.
3.
Zet de schakelaar van de maaiaandrijving in
de stand vooruit-maaien. Het aftakaspictogram
wordt weergegeven, maar de motor mag
niet starten wanneer u het contactsleuteltje naar
de stand S
TARTEN
4.
Zet de schakelaar van de maaiaandrijving in
de stand achteruit. Het aftakaspictogram
wordt weergegeven, maar de motor mag niet
starten wanneer u het contactsleuteltje naar de
stand S
draait
TARTEN
De interlockschakelaar van de
parkeerrem controleren
1.
Zet de motor af.
2.
Haal de parkeerrem aan.
4
met de schakelaar
. Het
mag niet weergegeven
draait
.
.
3.
Draai het contactsleuteltje naar de stand
voorverwarmen-lopen
de parkeerrem licht op en het pictogram van
de parkeerrem
InfoCenter.
4.
Zet de parkeerrem vrij; het parkeerremlampje
en het pictogram van de parkeerrem worden
uitgeschakeld. De motor mag niet starten
wanneer u het contactsleuteltje naar de stand
S
draait
TARTEN
5.
Stel de parkeerrem in werking, ga in de
bestuurdersstoel zitten en start de motor.
6.
Zet de parkeerrem vrij.
7.
Sta op uit de bestuurdersstoel en controleer of
de motor afslaat.
De interlockschakelaar
transmissie in vrijstand
controleren
Belangrijk:
Controleer grondig of de ruimte rond
de machine veilig is voordat u controleert of de
motor niet start wanneer u de interlockschakelaar
van neutraalstand controleert.
1.
Zet de motor af.
2.
Neem uw voet van de pedalen vooruit/achteruit.
3.
Draai het contactsleuteltje naar de stand
voorverwarmen-lopen
transmissie in vrijstand
InfoCenter.
4.
Druk de pedalen vooruit en achteruit lichtjes in
om te controleren of het pictogram transmissie
in vrijstand niet wordt weergegeven in het
InfoCenter.
Tijdens gebruik
Veiligheid tijdens het werk
Algemene veiligheid
•
De eigenaar/gebruiker is verantwoordelijk voor
ongelukken die persoonlijk letsel of materiële
schade kunnen veroorzaken, en hij dient zulke
ongelukken te voorkomen.
•
Draag geschikte kleding en uitrusting,
zoals oogbescherming, een lange broek,
stevige schoenen met een gripvaste zool en
21
. De schakelaar van
wordt weergegeven in het
.
. Het pictogram
verschijnt op het