Statuslampjes
Het lampje van de knop
knop
Aan
gaat knipperen wanneer de printer een taak verwerkt. Andere knipperende lampjes wijzen
op fouten die u kunt oplossen. Kijk hieronder wat u moet weten over knipperende lampjes en wat u
kunt doen.
Gedrag lampje
Waarschuwingslampje
Waarschuwingslampje
Beide cartridgelampjes knipperen.
NLWW
Aan
gaat branden wanneer de printer wordt ingeschakeld. Het lampje van de
knippert.
en beide cartridgelampjes knipperen.
Oorzaak en oplossing
Uitvoerlade is gesloten terwijl wordt afgedrukt.
●
Open de uitvoerlade.
De scanner doet het niet
●
Schakel de printer in en uit.
Neem contact op met HP als het probleem hiermee niet is
verholpen. Ook wanneer de scanner niet werkt, kunt u blijven
afdrukken.
De toegangsklep voor cartridges is geopend.
●
Sluit de toegangsklep voor de cartridges. Zie
lades voor op pagina 71
De toegangsklep voor cartridges is geopend en een of
●
meer inktcartridges vertonen fouten.
Verwijder de inktcartridges, plaats ze weer terug en sluit
dan de toegangsklep voor cartridges.
De wagen met inktcartridges in de printer is
●
vastgelopen.
Open de toegangsklep van de inktcartridges en
controleer of de wagen niet geblokkeerd is. Verplaats
de wagen naar rechts, sluit de toegangsklep en druk op
om het even welke knop, behalve
afdrukken te hernemen. Zie
inktcartridges vrijmaken op pagina 69
informatie.
Beide cartridges ontbreken, de tape is niet verwijderd, zijn
bijna leeg of defect.
Plaats ontbrekende cartridges, verwijder de roze tape
●
van de cartridges of vervang de defecte cartridges. Zie
Inktcartridges vervangen op pagina 41
informatie.
Als de afdrukkwaliteit niet goed is, kunt u de
●
inktcartridge beter vervangen. Zie
vervangen op pagina 41
Ga na of de inktcartridges defect zijn. Zie
●
inktcartridge lokaliseren op pagina 70
informatie.
Bereid de
voor meer informatie.
Annuleren
om het
De wagen met
voor meer
voor meer
Inktcartridges
voor meer informatie.
Een defecte
voor meer
Statuslampjes
7