11
Installatie in gebieden met een hoog zoutgehalte
11.1
LET OP
Installeer buitenunits niet op plaatsen waar ze direct kunnen worden blootgesteld aan
zeelucht. Corrosie, met name op de condensor- en verdamperlamellen, kan leiden tot
storingen of inefficiënte prestaties van het product.
Buitenunits die worden geïnstalleerd op locaties aan zee moeten zodanig worden
geplaatst dat ze niet direct worden blootgesteld aan de zeelucht en er moeten
aanvullende anticorrosiebehandelingen worden gekozen, anders zal de levensduur
van de buitenunits ernstig worden beïnvloed.
Airconditioning die geïnstalleerd is op plaatsen aan zee moet regelmatig draaien,
omdat de ventilatoren van de buitenunit helpen voorkomen dat er zich zout op de
warmtewisselaars van de buitenunit opbouwt.
11.2
Plaatsing en installatie
Buitenunits moeten 300 m of meer van de zee worden geïnstalleerd. Kies indien
mogelijk voor goed geventileerde locaties binnenshuis. (Wanneer de buitenunits
binnen worden geïnstalleerd, moeten afvoerkanalen voor de buitenunit worden
toegevoegd. Zie hoofdstuk 4 "Luchtkanalen en afschermingen voor buitenunits").
Zie afbeelding 11.1. Als het nodig is om buitenunits buiten te installeren, moet directe
blootstelling aan de zeelucht worden vermeden. Er moet een overkapping worden
aangebracht om de units te beschermen tegen zeelucht en regen, zoals getoond in
Figuur 11.2.
Zorg voor een goede afwatering van de basisconstructies, zodat de voetstukken van
de buitenunit niet onder water komen te staan. Controleer of de afvoergaten van de
buitenunit niet verstopt zijn.
Afbeelding 11.1
geventileerde binnenruimte
Zeewind
36
Installatie in een goed
Afvoerkanaal
Binnenruimte
Buiten Unit
Afbeelding 11.2
afdak
Zeewind
Installatie buiten onder een
Overkapping
Ondersteuning
overkapping
Buiten Unit