DE RICHTING VAN DE
LUCHTSTROOM INSTELLEN
Er zijn 2 manieren om de richting van de luchtstroom
in te stellen.
A. Naar links en naar rechts
Druk op de toets DE RICHTING VAN
DE LUCHTSTROOM INSTELLEN om
de uitblaashoek van de luchtstroom
als volgt te wijzigen.
De LUCHTSTROOMKLEP-
display verandert zoals
hieronder getoond en de
luchtstroomrichting verandert
voortdurend. (Automatische
draai-richting)
Druk op de toets DE RICHTING
VAN DE LUCHTSTROOM
INSTELLEN om de gewenste
richting van de luchtstroom
te kiezen.
De LUCHTSTROOMKLEP-
display stopt met bewegen en
de luchtstroomrichting blijft
vast. (instelling vaste
luchtstroomrichting)
Beweging van de linkse en rechtse
luchtstroomkleppen
• Voor de volgende condities wordt de
luchtstroomrichting bestuurd door een
microcomputer. Hij kan daarom van het display
verschillen.
• Als de kamertemperatuur hoger is dan
de ingestelde temperatuur (VERWARMEN).
(De lucht wordt via het midden uitgeblazen.)
• Tijdens het ONTDOOIEN, wanneer
de VERWARMING start (VERWARMING).
(De lucht wordt via het midden uitgeblazen.)
Nederlands
B. Omhoog en omlaag
De luchtstroomrichtingen omhoog en omlaag
kunnen manueel op de gewenste positie worden
vastgezet.
ZO STELT U DE LUCHTSTROOM OMHOOG EN
OMLAAG IN
De horizontale kleppen bij de luchtuitlaat bestaan
uit bovenste kleppen, gekoppelde kleppen
(groepen nr. 1 en 2) en onderste jaloezieën.
Stel de kleppen verticaal bij met de hand. Voor
koude lucht is het aanbevolen dat de kleppen licht
naar boven gericht zijn, voor warme lucht licht naar
beneden.
Daarnaast worden de kleppen gescheiden in
groepen nr.1 en nr.2, wat de luchtstroom omhoog
en omlaag mogelijk maakt.
Dit is nuttig voor het regelen van de
binnentemperatuur dichtbij de airconditioner.
8