Diagnose
(vervolg)
Storing
Storingen bij de verbran-
ding wegens pulsatie
CO-vorming resp. brander
rookt
CO2-concentratie te laag
resp. O2-concentratie te
hoog
Te hoge rookgastempera-
tuur
Te lage rookgastempera-
tuur
Knipperco-
Storingsoorzaak
de rood
7
Gasdebiet te hoog
×
7
Menginrichting (trap 2) verkeerd
×
ingesteld
7
Verkeerde instelling van de lucht-
×
klep
7
Vuurhaarddruk te hoog
×
7
Startgasvolume te groot of te
×
klein
7
Trek niet in orde
×
Te weinig of te veel lucht
—
Verkeerde instelling
—
Valse lucht in het systeem
—
Gasdebiet te hoog
—
Verwarmingsketel verontreinigd
—
Gasdebiet te gering
Storingen oplossen
Maatregel
Gasdebiet volgens het ketelver-
mogen instellen
Instelling van de menginrichting
veranderen (zie vanaf pagi-
na 33)
Instelling van de schakelnokken
aan de luchtklepmotor corrigeren
(zie pagina 6)
Vuurhaarddruk controleren,
eventueel de ketel reinigen
Startgasvolume resp. openings-
gedrag instellen (zie pagina 9)
Trek (schoorsteen) controleren
Instelling corrigeren. Ventilatie
van de stookruimte controleren.
Injectordruk volgens de gebruikte
gassoort instellen. Luchtklep-
stand corrigeren.
Rookgasbuis aan de ketelaan-
sluitopening lekkagevrij maken.
Bevestigingsschroeven van ke-
teldeur en rookgasafvoerdeksel
aanspannen.
Gasdebiet van het ketelvermo-
gen aanpassen
Verwarmingsketel reinigen, in-
stelling van de brander corrige-
ren
Gasdebiet van het ketelvermo-
gen aanpassen
21