Algemeen onderhoud
1. Haal de sleutel uit de contactschakelaar.
2. Druk geleidelijk op de spanningtester op de niet-getande
zijde van de riem, halverwege tussen de motor-aangedreven
tandwielriem en die van het achterwiel. Het "lipje" van de
tester geleid de tester op de riem.
3. Voer de druk op de tester langzaam op totdat u een klikkend
geluid hoort. Voer de druk niet op nadat de tester heeft
geklikt.
4. Haal de tester voorzichtig van de riem. Vermijd ruwe
bewegingen met de tester, dit zou namelijk de resultaten van
de meting veranderen.
5. Pas de spanning van de aandrijfriem aan als de meting buiten
het aanbevolen bereik ligt.
Riempitch
Aanbevolen spanningsbereik
11 mm
51 kg tot 102 kg
6.30
Afstellingsprocedure aandrijfriem
Opmerking: stel beide kanten (links en rechts) gelijkmatig af.
1. Haal de sleutel uit de contactschakelaar.
2. Verwijder het achterspatbord.
3. Maak de achterste asmoer los.
4. Draai de (linker en rechter) stelbouten steeds een 1/4 draai
totdat de riemafstelling binnen de specificaties ligt.
5. Maak de asmoer vast. Koppel 75 lb·ft (102 Nm).
6. Maak een testrit met de motorfiets.
7. Controleer de riem opnieuw op de juiste afstelling en pas
deze indien nodig aan.