PROBLEEMOPLOSSING
15. TIPS VOOR TECHNICIENS
De beschrijving hieronder voor het oplossen van problemen is uitsluitend bestemd
voor techniciens. Reparaties mogen uitsluitend door techniciens worden verricht.
Probleem
1. Compressor
start niet
24
Mogelijke oorzaak
• Geen netspanning.
• Drukschakelaar niet
ingeschakeld.
• Stroomopname t.o.v. nominale
stroom te groot.
• Stroomopname t.o.v. nominale
stroom gelijkblijvend.
• Ontluchtingsklep defect,
aggregaat start tegen druk
(alleen compressoren zonder
DRL).
Oplossing
• Controleer de netzekering, druk
de automaat zo nodig in (indien
smeltzekering defect, vervangen).
Controleer de netspanning.
• Zet de drukschakelaar aan en
wacht 30 seconden. Als de
drukschakelaar even inge-
schakeld blijft en de motor dan pas
afslaat, moet de stroomopname
bij driefasenstroom in alle drie
de fasen en bij wisselstroom in
één fase gecontroleerd worden.
• Te lage spanning: meet de
spanning en raadpleeg zo nodig
een elektricien.
• Aggregaat loopt stroef, zuiger zit
vast (motorveiligheidsschakelaar
spreekt aan): haal de netstekker
uit het stopcontact, haal de kruk-
kastdeksel van de warmgelopen
compressor af en draai het
schoepenwiel van de ventilator
door. Als dit niet mogelijk is,
vervang dan de zuiger en de
cilinders of het complete
aggregaat.
• Motorveiligheidsschakelaar te
laag ingesteld (slechts 3~):
meet de stroom. Stel de motor-
veiligheidsschakelaar juist in
(0,3 A hoger dan de gemeten
stroom).
Motorveiligheidsschakelaar
defect: kijk de
motorveiligheidsschakelaar na
en vervang hem zo nodig.
• Controleer of er na uitschakeling
van het aggregaat via de
ontluchtingsklep lucht naar
buiten komt. Zorg ervoor dat de
klep weer soepel open- en
dichtgaat of vervang hem.