Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
Afdrukken
Voor u een afdruktaak start
Controleer steeds de volgende punten:
• Is het apparaat correct aangesloten? (pagina 13)
• Is het printerstuurprogramma geïnstalleerd?
(pagina 13)
• Is het papier correct geladen? (pagina 15)
• Is het printerstuurprogramma correct geconfigureerd?
(Configuratiehandleiding)
Een afdruktaak starten
1
Druk op de 1 On/stand-byschakelaar om het
apparaat in te schakelen.
Het 1 On/stand-bylampje licht groen op.
2
Voer de afdruktaak uit met het softwareprogramma.
Als het toestel stopt tijdens lange
afdrukopdrachten
Als u ononderbroken afbeeldingen afdrukt die nagenoeg
volledig zwart zijn, kan het beschermingscircuit van de
thermische kop het apparaat uitschakelen om te
voorkomen dat de thermische kop oververhit raakt. In
dat geval knippert het PRINT-lampje traag.
Wacht tot de thermische kop is afgekoeld en het PRINT-
lampje blijft branden.
Een afdruktaak annuleren
Druk op de FEED-knop om een afdruktaak in uitvoering
te annuleren.
Papier aanvoeren
Druk op de FEED-knop om papier aan te voeren. Het
apparaat blijft papier aanvoeren zolang u de FEED-knop
blijft indrukken. Probeer het papier nooit met de hand uit
het apparaat te trekken.
Papier snijden
Houd de printer goed vast, trek het papier diagonaal
omhoog en snijd het af zoals aangegeven in de
afbeelding.
Wanneer u de papiersnijder aan de
onderkant gebruikt
Houd het papier aan de onderkant vast en trek diagonaal
omlaag om het af te snijden.
Opmerking
De papiersnijder aan de onderkant is aan de linker- en
rechterrand gepositioneerd. Als u het papier probeert af
te snijden door het in het midden vast te houden, lukt het
afsnijden mogelijk niet goed.
17
Advertenties
Inhoudsopgave
