SATEL
2. Beschrijving
laadcircuitaansluitklemmen voor het aansluiten van belastingen (2 aansluitklemmen per
kanaal).
groene leds – geven de kanaalstatus aan. Er is één kanaalstatus-led toegewezen aan elk
kanaal:
AAN – kanaal ingeschakeld,
UIT – kanaal uitgeschakeld.
knoppen om de kanaalstatus handmatig te wijzigen. Er is één AAN/UIT-knop
toegewezen aan elk kanaal.
De handmatige verandering van kanaalstatus wordt bewaakt door de module.
De waarden van communicatieobjecten die verantwoordelijk zijn voor het opslaan van
informatie over de huidige status van afzonderlijke kanalen, worden systematisch
bijgewerkt op basis van de aangebrachte wijzigingen.
De knoppen worden ook gebruikt om de fabrieksinstellingen van de module te
herstellen (zie "Herstellen standaard fabrieksinstellingen van de module").
rode LED – AAN wanneer het fysieke adres wordt ingesteld met behulp van het ETS-
programma. Het toewijzen van het adres kan handmatig gestart worden door de
in te drukken op de behuizing , of vanaf afstand met het ETS- programma.
programmeerknop (gebruikt bij het instellen van het fysieke adres).
aansluiting voor de KNX-bus.
AC-voeding aansluitklemmen.
2.1
Elektrisch schema van de relaisuitgangen
De KNX-SA41- en KNX-SA24-modules verschillen door het aantal onafhankelijke circuits en
het aantal relais per elk van deze circuits. De KNX-SA41 heeft 4 onafhankelijke circuits met 1
relais per circuit, terwijl de KNX-SA24 2 onafhankelijke circuits met 4 relais per circuit heeft
(Fig. 2).
KNX-SA41 • KNX-SA24
3
knop