6 Installatie
1
5×
6.2.3
Deksel van de schakelkast van de
warmtewisselaarunit openen
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
2×
6.3
Compressorunit monteren
6.3.1
Voorzorgsmaatregelen bij de montage
van de compressorunit
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.3.2
Richtlijnen bij de installatie van de
compressorunit
Controleer de stevigheid en het vlak zijn van de grond waarop de
unit geïnstalleerd zal worden, zodat deze niet gaat trillen of lawaai
maken wanneer ze in bedrijf is. Als de trillingen mogelijk op het
gebouw worden overgedragen, moet u een trilbestendig rubber
gebruiken (lokaal te voorzien).
De compressorunit kan rechtstreeks op de vloer of op een structuur
worden geïnstalleerd.
▪ Op de vloer. De unit moet NIET worden bevestigd met
ankerbouten.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
16
2
3
4×
▪ Op een structuur. Bevestig de unit stevig met ankerbouten,
moeren en vulringen (lokaal te voorzien) aan de structuur. De
fundering (stalen balkframe of beton) moet groter zijn dan het in
het grijs aangegeven deel.
≥640
426
a
Minimumfundering
a
Ankerpunt (4×)
INFORMATIE
De aanbevolen hoogte van het bovenste uitstekend deel
van de bouten bedraagt 20 mm.
6.4
De warmtewisselaarunit monteren
6.4.1
Voorzorgsmaatregelen bij de montage
van de warmtewisselaarunit
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.4.2
Richtlijnen bij de installatie van de
warmtewisselaarunit
INFORMATIE
Optionele apparatuur. Lees ook de installatiehandleiding
van de optionele apparatuur bij de installatie hiervan.
Afhankelijk van de omstandigheden ter plaatse, kan het
gemakkelijker zijn om eerst de optionele apparatuur te
installeren.
VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie
(mm)
RKXYQ5T7Y1B+RDXYQ5T7V1B
4P408445-1 – 2015.07