5
STORINGEN
Storing
Geen uitgangsspanning
en laadstroom
Uitgangsspanning te laag,
maar lader levert wel de
maximale stroom
Laadstroom te laag
Accu's komen niet vol
Accu's zijn snel leeg
Accu's zijn warm/gassen
Is een voorkomend probleem met behulp van de storingstabel niet te verhelpen, neem dan contact op met uw Mastervolt
Service-centrum. Voor een binnen- of buitenlandse adressenlijst kunt u contact opnemen ons hoofdkantoor in Amsterdam,
tel: 020-3422100 of +31-20-3422100 (vanuit 't buitenland).
NL / MASS acculaders "Colorado" C2 & C3 / Juli 2001
Mogelijke oorzaak
Geen netspanning,
zekering defect
Net- of generatorspanning te laag
De belasting aangesloten op de
accu's vraagt meer stroom dan de lader
kan leveren, de accuspanning kan
dan niet toenemen
Accu's nog niet geheel geladen
De accu's zijn bijna vol
Hoge omgevingstemperatuur
Netspanning te laag
Laadstroom te laag
Stroom naar belasting te groot
Laadtijd te kort
Te hoge accutemperatuur
Defecte accu (celsluiting)
Accucapaciteit afgenomen door:
• slijtage
• sulfatering/lange stilstand
Defecte accu (celsluiting)
Hoge accutemperatuur
Te hoge laadspanning
Uit te voeren handelingen
Controleer de netzekering en
vervang deze indien defect.
Controleer de spanning, deze moet
tussen de 190 en 260V liggen (nom.
230V). Voor de 3-24/100 ligt deze
spanning tussen 360-485 Volt.
verminder de aangesloten belasting.
Na verloop van enige tijd de accuspan-
ning meten, deze zal dan hoger zijn.
Controleer of de lader in de absorp-
tion-stand staat. In deze stand zal
de stroom langzaam afnemen.
Wanneer de omgevingstempera-
tuur boven de 40°C is, wordt de
maximale laadstroom gereduceerd.
Wanneer de netspanning onder de
207V komt, zal de acculader de
laadstroom terugregelen.
Bij 180V is de laadstroom 0A.
(352V voor 3-24/100).
Zie "laadstroom te laag";
Verminder de belasting;
Extra/grotere lader toepassen;
Gebruik temperatuursensor;
Vervang de accu;
Vervang accu's;
Een aantal keer laden/ontladen kan
helpen, anders de accu's vervangen.
Vervang accu;
Gebruik temperatuursensor;
Controleer de instellingen van de
minischakelaars.
STORINGEN
9