INSTALLATIE
Meerdere accusets aansluiten door middel van een
scheidingsdiode
Door het toepassen van een scheidingsdiode is het mo-
gelijk meerdere accusets te laden vanuit de hoofduitgang
van de acculader. Een scheidingsdiode scheidt verschil-
lende accusets van elkaar, dit om te voorkomen dat de
ene set de andere kan ontladen. Over de scheidingsdiode
komt een spanningsval te staan welke gecompenseerd
dient te worden. Dit kan op twee manieren:
1 Door middel van dip switch instellingen;
2 Door het toepassen van spanningssense.
Let op !
Gebruik nooit beide methoden. Uw accu's
zullen dan overladen worden en ernstig be-
schadigen.
Acculader en bijpassende scheidingsdiode:
Laadstroom
2 accusets
25 -> 50A
MV 702 mt
60 -> 80A
MV 1202 mt
100A
MV 1602 mt
1 Controleer of de lader, de voedingsspanning en de DC
verdeling zijn afgeschakeld.
2 Sluit de scheidingsdiode(s) aan met kabels met de-
zelfde doorsnede als de accukabels.
3 Compenseer de spanningsval over de scheidingsdiode
door het veranderen van de dipswitch instellingen. Zie
Appendix A (als de spanningssense is aangesloten na
het diodeblok is dit niet nodig).
4 Stel de lader weer in bedrijf.
Aansluiten tweede accu
(alleen 12/60-2, 12/80-2 en 24/50-2)
De acculaders 12/60-2, 12/80-2 en 24/50-2 zijn standaard
uitgerust met een tweede laaduitgang bedoeld voor
onderhoudslading van een kleine tweede accuset zoals
een startaccu. De maximale laadstroom van de tweede
uitgang is 3A, welke ten laste gaat van de hoofduitgang.
• Gebruik voor het aansluiten 2,5 tot 4 mm
• Sluit de min van de startaccu aan op de min van
de hoofdaccu (meestal is dit al gebeurd).
• Sluit de plus van de startaccu aan op de +3A
aansluiting van de acculader.
• Neem een 10A zekering (traag) op in de plus ka-
bel.
4
3 accusets
MV 703 mt
MV 1203 mt
MV 1603 mt
2
kabel.
Temperatuursensor
De standaard meegeleverde temperatuursensor heeft 6
meter kabel en is voorzien van dubbelzijdige tape voor
eenvoudige montage. Maak een plaats op de warmste
accu van de accuset schoon en vetvrij en plak de sensor
vast. Steek vervolgens de 6-voudige aansluitplug in één
van de twee rechter remote aansluitpunten (zie afb. 2 en
3), het maakt niet uit welke van de twee. De kabel behoeft
niet te worden ingekort. Indien u dit wel doet, let dan goed
op de polariteit van de connector. Gebruik de afgeknipte
connector als voorbeeld.
Spanningssense
Om de laadtijd aanzienlijk te verkorten kunnen de accu-
kabelverliezen gecompenseerd worden door de sense
functie. Gebruik voor draad van 0,75 mm
rood en zwart en beveilig deze met zekeringen. Sluit de
draden aan op de bovenste twee contacten van de
groene connector rechts in de kast (zie afb. 2 & 3). Let
hierbij goed op polariteit, rood op +S en zwart op -S.
Sluit vervolgens de andere zijde aan: zwart op de min
van de accu, rood op de accuzijde van de laderzekering
(zie appendix C voor installatie voorbeelden).
Alarmfunctie
De acculader is uitgerust met een alarmrelais met poten-
tiaal vrije contacten. De alarmfunctie kent twee instellin-
gen: standaard (fabrieksinstelling) en DC alarm mode
(continu mode).
Standaard:
Het relais reageert in deze stand op alle foutsituaties die
de lader kan detecteren zoals geen AC ingangsspanning,
te lage DC spanning, sense failure, temp. sense failure.
DC alam mode:
Om deze functie te activeren dient de DIP switch instelling
aangepast te worden (switch 1 en 2 op ON). Het relais
werkt nu als een DC alarm en zal uitsluitend reageren op
de accuspanning. De grenswaarden kunt u vinden in
Appendix A.
NB: Omdat de elektronica in deze stand continue aan blijft
neemt de lader een geringe stroom (± 25 mA) op uit de
accu als er geen AC spanning aanwezig is.
AANSLUITEN ACCESSOIRES
Maak de AC aansluiting spanningsloos bij het aansluiten
van de accessoires. De acculader heeft aansluitpunten
voor accessoires. De hiervoor benodigde aansluitkabel
wordt niet standaard meegeleverd.
Juli 2001 / MASS acculaders "Colorado" C2 & C3 / NL
2
bij voorkeur