Inbedrijfstelling
3.2
Statusindicator
28
De gasdetector heeft aan de voorkant een statusindicator. De
bedrijfsstatus van de detector wordt constant brandend of knipperend
en met vier kleuren aangegeven.
Normaal: De indicator brandt constant groen wanneer de
concentratie van het doelgas binnen het normale bereik ligt.
OPMERKING
Met de mobiele Sensepoint app kunt u wijzigen hoe de groene
indicator zich gedraagt binnen normaal bereik. Kies uit constant
groen (standaardinstelling), iedere 20 seconden knipperen of
uitgeschakeld.
7. Schakel de stroom uit en plaats de
detectormodule weer op de
backbox.
8. Plaats het voorpaneel.
9. Schakel de stroom in. De Sensepoint
XCL komt in de opstartmodus waarin
de statusindicator geel brandt en de
output blijft geblokkeerd.
10. Als het opstarten is voltooid, schakelt
de Sensepoint XCL naar de normale
bedrijfsstatus.