Materialen
De volgende stoffen kunnen tijdens gebruik van deze machine worden
geproduceerd:
•
stof van de remvoering
•
uitlaatgassen van de motor
VERMIJD INHALERING
Zorg ervoor dat er altijd voldoende ventilatie van het koelsysteem en
de uitlaatgassen is.
De volgende stoffen worden gebruikt bij de fabricage van deze
machine en kunnen gevaarlijk zijn bij verkeerd gebruik:
•
compressorsmeermiddel
•
motorsmeermiddel
•
beschermingsvet
•
roestwerend middel
•
dieselbrandstof
•
accu-elektrolyt
VERMIJD INSLIKKEN, HUIDCONTACT EN INADEMEN VAN
GASSEN.
Mocht compressorsmeermiddel in aanraking komen met de ogen,
spoel dan minstens 5 minuten met water.
Mocht compressorsmeermiddel in aanraking komen met de huid, wast
dit dan onmiddellijk af.
Raadpleeg een arts als grote hoeveelheden compressorsmeermiddel
zijn ingeslikt.
Raadpleeg een arts als een compressorsmeermiddel is ingeademd.
Geef nooit vloeistoffen of wek geen braken op als de patiënt onbewust
is of convulsies heeft.
Veiligheidsinformatiebladen
motorsmeermiddelen dienen te worden verkregen via de leverancier
van het smeermiddel.
De motor en de machine nooit in een gebouw met onvoldoende
ventilatie gebruiken. Vermijd inademing van uitlaatgassen tijdens het
werken aan of in de buurt van de machine.
Deze machine kan materialen bevatten zoals olie, dieselbrandstof,
antivriesmiddel, remvloeistof, olie-/luchtfilters en accu's die op een
juiste manier dienen te worden afgevoerd na onderhoud- en
servicewerkzaamheden. Neem contact op met uw lokale diensten voor
de juiste afvoer en verwerking van deze materialen.
Accu
Accu's bevatten zwavelzuur waaruit gassen kunnen ontsnappen die
corrosief en zelfs explosief kunnen zijn. Vermijd aanraking met de huid,
ogen en kleding. Bij aanraking de aangetaste zone onmiddellijk met
water spoelen.
PROBEER EEN BEVROREN ACCU NIET TE STARTEN MET EEN
HULPACCU OMDAT DE ACCU HIERDOOR KAN EXPLODEREN.
Wees uiterst voorzichtig bij het gebruik van een hulpstartaccu. Laad de
accu snel op door de uiteinden van een hulpkabel aan te sluiten op de
positieve (+) pool van elke accu. Sluit het ene uiteinde van de andere
kabel aan op de negatieve (-) pool van de hulpaccu en de andere kant
op een aardverbinding uit de buurt van de lege batterij (om eventuele
??vonken te voorkomen in de buurt van mogelijk aanwezige
explosieve gassen). Na het opstarten van de eenheid, moeten de
kabels altijd in de omgekeerde volgorde worden ontkoppeld.
Radiateur
Hete motorkoelvloeistof en stoom kunnen letsel veroorzaken. Zorg
ervoor dat de vuldop van de radiator zorgvuldig is verwijderd.
Verwijder nooit de drukdop van een HETE radiator. Laat de radiator
afkoelen alvorens de drukdop te verwijderen.
voor
compressor-
Generatorset
De generatorset is ontworpen voor een veilig gebruik. De
verantwoordelijkheid voor het veilig gebruik ligt echter bij de personen
die de machine installeren, gebruiken en onderhouden. Volgende
veiligheidsvoorzorgen zijn bedoeld als richtlijn die indien nauwgezet
opgevolgd, de kans op ongelukken tijdens de volledige levensduur van
deze apparatuur tot een minimum zullen beperken.
Noodstopbediening
Belangrijke opmerking:- Naast de noodstop met sleutelbediening op
het hoofdbedieningspaneel is ook een tweede inrichting voorzien op
het stopcontactenpaneel. Gebruik deze wanneer elektrische gevaren
optreden tijdens gebruik van de generator. Gebruik deze tweede
noodstopbediening om alle elektrische stroom naar alle stopcontacten
meteen te isoleren en gebruik dan de sleutelbediening om de motor uit
te schakelen.
De generator dient in overeenstemming met de erkende NEN-normen
en lokale gezondheids- en veiligheidsvoorschriften worden gebruikt.
De generatorset moet door opgeleid personeel worden bediend die
vertrouwd zijn met het gebruik en daarvoor toestemming hebben
gekregen. Het lezen en begrijpen van de handleiding zijn tevens
verplicht. Als deze instructies, procedures en veiligheidsvoorzorgen uit
het handboek niet worden gevolgd, kan de kans op ongelukken en
letsels toenemen.
Start de generatorset niet tenzij onder veilige omstandigheden.
Probeer de generatorset niet te bedienen als u op de hoogte bent van
een onveilige situatie. Breng een gevaarmelding op de generatorset
aan en blokkeer hem door de accu te ontkoppelen en alle ongeaarde
geleiders los te koppelen. Zo kunnen andere personen die niet op de
hoogte zijn van de onveilige situatie, de generator niet in gebruik
nemen tot de situatie is verholpen.
en
Er is een aardingspunt voorzien onder de stopcontacten.
De generatorset mag alleen worden gebruikt als het aardingspunt
rechtstreeks op de algemene aarding/aardmassa is aangesloten. Een
set met aardingsspijker is hiervoor als extra optie beschikbaar
(raadpleeg de onderdelencatalogus).
WAARSCHUWING: DE MACHINE NIET BEDIENEN TENZIJ DEZE
VOLDOENDE GEAARD IS.
Generatorsets mogen alleen door opgeleide en erkende installateurs
die hiervoor toestemming hebben gekregen, op de last worden
aangesloten. Indien vereist door de geldende voorschriften, dient hun
werk door de lokale controle-instantie te worden gecontroleerd en
goedgekeurd alvorens de generatorset mag worden bediend.
Raak onderdelen van de generatorset die onder elektrische spanning
staan en/of aansluitkabels of geleiders niet aan met lichaamsdelen of
niet-geïsoleerde geleidende voorwerpen.
Zorg ervoor dat de generatorset voldoende is geaard volgens alle
geldende voorschriften voordat u lastaansluitingen koppelt of
ontkoppelt en alvorens u hem in bedrijf stelt.
Geen
elektrische
aansluitingen
generatorsets die in het water of op een vochtige ondergrond staan.
Stop de motor, ontkoppel de accu en zorg dat ongeaarde geleiders aan
de lastzijde ontkoppeld en vergrendeld zijn voordat u elektrische
aansluitingen op de generatorset koppelt of ontkoppelt.
Houd alle lichaamsdelen en handgereedschappen of andere
geleidende voorwerpen uit de buurt van die delen van het elektrische
systeem van de generatorset waar stroom op staat. Zorg ervoor dat u
op een droge, isolerende ondergrond staat. Raak bovendien geen
andere delen van de generatorset aan bij het uitvoeren van afstellingen
of reparaties aan delen van het elektrisch system van de generatorset
waar stroom op staat.
Sluit het afsluitdeksel van het aansluitgedeelte op de generatorset
zodra aansluitingen gekoppeld of ontkoppeld zijn. De generatorset
alleen bedienen als het deksel van de aansluitkast dicht is en stevig
vastzit.
VEILIGHEID
koppelen
of
ontkoppelen
9
op
7/53