Download Print deze pagina

Stijlen Synchroon Afspelen ([Sync Start]-Knop); Tussen Variaties Schakelen ([Variation 1]- En [Variation 2]-Knoppen); Beginnen Met Een Intro ([Intro/Ending]-Knop); Stoppen Met Een Einde ([Intro/Ending]-Knop) - Roland FP-E50 Referentiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor FP-E50:

Advertenties

De automatische begeleiding gebruiken
Stijlen synchroon afspelen
1.
Druk op de [Sync Start]-knop om deze te doen branden .
Het instrument gaat naar de stand-bystand voor het starten van de
synchronisatie.
In deze stand start de automatische begeleiding zodra u een noot op het
klavier speelt.
2.
Om het starten van de synchronisatie te stoppen,
drukt u nogmaals op de [Sync Start]-knop zodat de
opgelichte knoppen uit gaan .
De [Sync Start]-knop wordt donker en de synchronisatiefunctie wordt
uitgeschakeld.
MEMO
De synchronisatiefunctie wordt automatisch uitgeschakeld zodra het
afspelen van de stijl begint.
Tussen variaties schakelen
([Variation 1]- en [Variation 2]-knoppen)
Wijzigt de sfeer van de begeleiding.
1.
Druk op de [Variation 1]- of [Variation 2]-knop om ze te
laten oplichten terwijl de begeleiding wordt gestopt of
afgespeeld .
Variation 1:
speelt een meer ontspannen begeleiding.
Variation 2:
speelt een meer levendige, energetische begeleiding.
Beginnen met een intro
1.
Druk op de [Intro/Ending]-knop terwijl de begeleiding
is gestopt .
De [Intro/Ending]-knop knippert.
2.
Druk op de [Start/Stop]-knop om de automatische
begeleiding te starten .
De automatische begeleiding begint met een intro.
Stoppen met een einde
1.
Druk op de [Intro/Ending]-knop terwijl de begeleiding
speelt .
De automatische begeleiding speelt een einde en stopt dan.
Automatische begeleiding in-/uitschakelen
([Accomp On]-knop)
1.
Druk op de [Accomp On]-knop om deze te doen
branden .
De automatische begeleiding wordt ingeschakeld en de
begeleidingspartijen spelen voor de geselecteerde stijl.
2.
Als u de automatische begeleiding wilt uitschakelen,
drukt u opnieuw op de [Accomp On]-knop om deze te
doven .
Alleen de drumpartij speelt voor de geselecteerde stijl, terwijl de andere
begeleidingspartijen stil blijven.
MEMO
Houd de [Accomp On]-knop lang ingedrukt om het instellingenscherm
voor automatische begeleiding te openen .
([Sync Start]-knop)
([Intro/Ending]-knop)
([Intro/Ending]-knop)

De interactieve functie in-/uitschakelen

([Interactive On]-knop)

Door de interactieve functie in te schakelen, kunt u het arrangement
van de begeleiding en het volume in realtime laten veranderen op
basis van wat u speelt.
1.
Druk op de [Interactive On]-knop om deze te doen
branden .
Hierdoor wordt de interactieve functie ingeschakeld.
MEMO
¹ Als de interactieve functie is ingeschakeld, verandert de begeleiding in
drie fasen (Extravagant, Standard, Simple), afhankelijk van hoe u in de
klavierzone links van het splitspunt speelt .
De stijl (ritme) die wordt gebruikt bij het
Begeleiding
spelen in de klavierzone links van het splitpunt
Extravagant
Speelt een ritme dat ingewikkelder is dan een
(Geavanceerd)
ritme van achtste noten.
Normal
Speelt een ritme van een kwartnoot.
(Standaard)
Simple
Speelt een ritme van een halve noot.
(Eenvoudig)
¹ Het begeleidingsvolume verandert volgens de dynamiek (snelheid) die u
gebruikt om in de zone rechts van het splitpunt te spelen .
2.
Om de interactieve functie uit te schakelen, drukt u op
de [Interactive On]-knop zodat de knop niet meer is
opgelicht .
MEMO
¹ Het instellingenscherm voor de interactieve functie wordt weergegeven
wanneer u lang op de [Interactive On]-knop drukt .
Ø "De interactieve functie configureren (Interactive Setting)"
(p. 37)
Een akkoordpatroon selecteren
(Chord Sequencer [Select]-knop)
Ø "Een akkoordpatroon selecteren" (p. 38)

De akkoordsequencer in-/uitschakelen

(Chord Sequencer [On]-knop)

Ø "De akkoordsequencer in- en uitschakelen" (p. 38)
35
35

Advertenties

loading