Manuele bediening van de draai-inrichting:
1.
Het ventiel op de handpomp sluiten.
2.
De rode verlengingshandgreep op de handpomp plaatsen.
3.
Het magneetventiel MV03 = links of MV01 = rechts met het rode beslag
beïnvloeden. Het beslag boven het magneetventiel plaatsen, daarmee de
pineinde binnengaat en het ventiel bediend wordt. Op het type 2300 EX (230 V)
het magneetventiel MV59 ook met het andere beslag bedienen.
4.
De hoogwerker met de handpomp draaien.
5.
Het ventiel op de handpomp openen.
6.
Het beslag voor het ventiel verwijderen.
2.3
Dalen onderarm (scharen) en bovenarm
Eerst onderarm (scharen) laten dalen. Pas daarna bovenarm laten dalen.
Nooit bovenarm laten dalen zolang onderarm (scharen) niet volledig beneden is!
Om onderarm ( scharen ) te doen dalen, moet men aan de rode nooddaalknop trekken,
die zich op de cilinderblok bevindt onderaan de hefcilinder. Dan bovenarm doen dalen,
door openen van het luikje onderaan, en aan de rode nooddaalknop trekken die zich
op de cilinderblok bevindt van de hefcilinder. Gevaar!! Bewegende onderdelen.
2.4
Na het noodzakken van de hoogwerkers wegens een defect of beschadigingen
controleren, of alle ventielen voor het noodzakken gesloten zijn. Eventuele defecten of
beschadigingen voor de volgende ingebruikneming van de hoogwerker herstellen.
B - Korfneiging over 10°
Indien de korf meer dan 10° geneigd is en de functies van de hoogwerker uitgeschakeld
worden, de korf als volgt terugbrengen:
1.
Het ventiel op de handpomp sluiten.
2.
De rode verlengingshandgreep op de handpomp plaatsen.
- 13 -