LaCie blue eye pro
Gebruikershandleiding
Copyrights
Copyright © 2011 LaCie. Alle rechten voor-
behouden. Niets uit deze uitgave mag zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van
LaCie worden verveelvoudigd, opgeslagen in
een gegevenssysteem of worden overgedra-
gen in enige vorm of op enige wijze, hetzij
elektronisch, mechanisch, door fotokopieën,
opnamen of op enige andere manier.
Handelsmerken
Apple, Mac en Macintosh zijn gedepo-
neerde handelsmerken van Apple Computer,
Inc. Microsoft, Windows NT, Windows 98,
Windows 98 SE, Windows 2000, Windows
Millennium Edition en Windows XP zijn
gedeponeerde handelsmerken van Micro-
soft Corporation. PhotoShop, Illustrator en
InDesign zijn gedeponeerde handelsmerken
van Adobe Inc. Sony en iLink zijn gedepo-
neerde handelsmerken van Sony Electronics.
De overige handelsmerken die in deze hand-
leiding worden genoemd, behoren toe aan
hun respectieve eigenaren.
Wijzigingen
Het materiaal in dit document dient uit-
sluitend ter informatie en kan zonder ken-
nisgeving worden gewijzigd. Hoewel bij de
voorbereiding van dit document redelijker-
wijs alles in het werk is gesteld om de nauw-
keurigheid ervan te waarborgen, aanvaardt
LaCie geen aansprakelijkheid voor gevolgen
van fouten of weglatingen in dit document
of gevolgen van het gebruik van de hierin
opgenomen informatie. LaCie behoudt zich
het recht voor om wijzigingen of revisies in
het ontwerp of de handleiding van het pro-
duct aan te brengen, zonder voorbehoud en
zonder de verplichting om iemand van der-
gelijke revisies en wijzigingen op de hoogte
te stellen.
110427v1.1
FCC-informatie
Gebruikersinformatie
LaCie blue eye pro
Getest op overeenstemming
met de FCC-normen
Voor thuis- of kantoorgebruik
Wijzigingen of aanpassingen van dit appa-
raat die niet uitdrukkelijk door LaCie zijn
goedgekeurd, zijn verboden en kunnen de
bevoegdheid van de gebruiker om deze ap-
paratuur te bedienen doen vervallen.
Verklaring over informatie van algemene aard
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de
FCC-voorschriften. Voor bediening van dit
apparaat gelden de volgende twee voorwaar-
den:
1) Dit apparaat mag geen schadelijke sto-
ringen veroorzaken, en (2) dit apparaat moet
interferentie van andere apparatuur, met in-
begrip van interferentie die een ongewenste
werking kan veroorzaken.
Door tests is aangetoond dat deze appara-
tuur voldoet aan de kenmerken en beper-
kingen voor een digitaal apparaat van Klasse
A, overeenkomstig deel 15 van de FCC-
voorschriften. Deze limieten zijn bedoeld
om te voorzien in redelijkerwijs voldoende
bescherming tegen schadelijke storing in
een commerciële installatie. Deze appara-
tuur genereert en gebruikt hoogfrequente
energie en kan deze ook uitstralen. Als deze
apparatuur niet in overeenstemming met de
instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt,
kan deze schadelijke storing in radioverbin-
dingen veroorzaken. Er kan echter niet wor-
den gegarandeerd
dat er in een bepaalde installatie geen inter-
ferentie zal optreden. Indien deze apparatuur
schadelijke storing veroorzaakt in radio- of
televisieontvangst (zoals is vast te stellen
door de apparatuur in en weer uit te schake-
len) wordt de gebruiker gevraagd om te pro-
beren de storing te verhelpen met behulp van
een of meer van de volgende maatregelen:
Voorwoord
pagina 3
1.
Richt de ontvangstantenne opnieuw of
verplaats deze.
2.
Vergroot de afstand tussen de apparatuur
en de antenne.
3.
Sluit de apparatuur aan op een wandcon-
tactdoos in een ander circuit dan waarop
de ontvanger is aangesloten.
4.
Raadpleeg de leverancier of een ervaren
radio/tv-monteur.
FCC-compliantieverklaring voor gebruikers in
de Verenigde Staten
Door tests is aangetoond dat deze appara-
tuur voldoet aan de kenmerken en beperkin-
gen voor een digitaal apparaat van Klasse B,
overeenkomstig deel 15 van de FCC-voor-
schriften. Deze beperkingen zijn bedoeld
om te voorzien in redelijkerwijs adequate
bescherming tegen schadelijke storing bij
een installatie in een niet-commerciële om-
geving. Deze apparatuur genereert en ge-
bruikt hoogfrequente energie en kan deze
ook uitstralen. Als deze apparatuur niet in
overeenstemming met de instructies wordt
geïnstalleerd en gebruikt, kan deze schade-
lijke storing in radioverbindingen veroorza-
ken. De garantie dat er geen storing bij een
bepaalde installatie zal optreden, kan echter
niet worden gegeven. Indien deze apparatuur
schadelijke storing veroorzaakt in radio- of
televisieontvangst (zoals is vast te stellen
door de apparatuur in en weer uit te schake-
len) wordt de gebruiker gevraagd om te pro-
beren de storing te verhelpen met behulp van
een of meer van de volgende maatregelen:
Richt de ontvangstantenne opnieuw of
❖
verplaats deze.
Vergroot de afstand tussen de apparatuur
❖
en de ontvanger.
Sluit de apparatuur aan op een wandcon-
❖
tactdoos in een ander circuit dan waarop
de ontvanger is aangesloten.
Raadpleeg de leverancier of een ervaren
❖
radio-/tv-monteur.
Wijzigingen of aanpassingen die niet uit-
drukkelijk door de fabrikant zijn goedge-
keurd kunnen de bevoegdheid van de ge-