10. INSTALLEREN VAN DE LUCHTINLAAT-
GRILLE EN HET LUCHTFILTER
Monteer het zijpaneel en de luchtinlaatgrille op de juiste manier
in de omgekeerde volgorde als bij het demonteren.
11. VELDINSTELLING
Zorg ervoor dat de deksel van het elektrische aansluitingen-
compartiment van de binnen- en buitenunits gesloten zijn.
De veldinstelling dient met behulp van de afstandsbedien-
ing te worden aan de hand van de installatieomstandighe-
den.
• De instelling kunne worden gemaakt door het "Functienr.",
het "EERSTE CODENR." en het "TWEEDE CODENR." in te
stellen.
• Zie "VELDINSTELLING" van de installatiehandleiding van de
afstandsbediening voor details over de instelling en werking
van de functies.
11-1 Instellen van de plafondhoogte
• Selecteer de TWEEDE CODENR. die overeenkomt met de
plafondhoogte. (Zie Tabel Table 3)
(De fabrieksinstelling voor de TWEEDE CODENR. is "01"
voor een plafondhoogte lager dan 2,7 meter.)
Tabel 3
Plafondhoogte (m) Functienr.
2,7 of minder
13 (23)
2,7- 3,5
11-2 Instellen van de luchtfilterdisplay
• De afstandsbedieningen zijn voorzien van een LDC-scherm
waarop kan worden aangegeven wanneer de luchtfilters
gereinigd moeten worden.
• Stel het TWEEDE CODENR. Afhankelijk van de hoeveelheid
stof in de ruimte volgens Tabel 4 in.
(Het TWEEDE CODENR. is op de fabriek ingesteld op "01"
voor lichte vervuiling van het luchtfilter.)
Tabel 4
Interval tussen
Instelling
luchtfilterdisplay
(levensduur)
Lichte vervuiling
Ca. 2500 uren
van het luchtfilter
Zware vervuiling
Ca. 1250 uren
van het luchtfilter
Bij gebruik van draadloze afstandsbediening
• Bij gebruik van draadloze afstandsbedieningen moeten de
afstandsbedieningen geadresseerd worden. Zie de instal-
latiehandleiding van de afstandsbediening voor details over
de instelling.
TWEEDE
CODENR.
EERSTE
CODENR.
SETTING
Nederlands
EERSTE
TWEEDE CODENR.
CODENR.
01
0
02
Func-
EERSTE
TWEEDE
tienr.
CODENR.
CODENR.
01
10 (20)
0
02
Functienr.
VELD
INSTEL-
FUNCTIE
• Stel de afstandsbediening in op de veld instelfunctie. Zie
"HET INSTELLEN VAN HET VELD" vin de handleiding
van de afstandsbediening voor details.
• Selecteer functienr. 12 als de veld instelfunctie is inge-
schakeld en stel het eerste codenummer (schakelaar) in
op "1". Zet daarna het tweede codenummer (positie) op
"01" voor GEFORCEERDE UIT en "02" voor AAN/UIT
WERKING. (GEFORCEERD UIT is de fabrieksinstell-
ing.)
12. TESTEN
Zie de installatiehandleiding van de buitenunit.
• De bedrijfsindicator van de afstandsbediening knippert wan-
neer er een fout optreedt. Lees de storingscode af van de
LCD-display om de plaats van de storing te lokaliseren. Een
beschrijving van de storingscodes en de oorzaak ervan vindt
u in de "VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET
ONDERHOUD" van de binnenunit.
Als een van de items in Tabel 5 wordt weergegeven is er
mogelijk een probleem met de bekabeling of de voedingss-
panning; controleer daarom de bekabeling nogmaals.
Tabel 5
Display van de
afstandsbediening
De melding
• Er is een kortsluiting bij de aansluitingen
"besturing door
GEFORCEERD UIT (T1, T2).
systeem" brandt
• De voedingsspanning van de buitenunit is
De melding "U4"
uitgeschakeld.
brandt
• De voedingskabel van de buitenunit is
De melding "UH"
niet geïnstalleerd.
brandt
• Onjuiste bekabeling voor de besturingska-
bel en/of GEFORCEERD UIT.
• De voedingsspanning van de binnenunit is
uitgeschakeld.
• De voedingskabel van de binnenunit is niet
Geen informatie in
geïnstalleerd.
het display
• Onjuiste bekabeling voor de bekabeling
voor de afstandsbediening, de besturing-
skabel en/of GEFORCEERD UIT.
Inhoud
13