GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
11
12
•
Pak de bedieningshendel
7
•
Druk op knop
"Dodemansknop" en houd hem ingedrukt.
•
Beweeg de bedieningshendel naar voren of naar achteren terwijl u knop 7 ingedrukt
blijft houden.
U mag ook eerst de bedieningshendel 6 verplaatsen en daarna op knop 7 drukken
om de manoeuvre te starten.
De verplaatsingssnelheid is afhankelijk van de hellingshoek van de bedieningshendel en de gekozen
snelheid.
De verplaatsing wordt aangegeven door een waarschuwingszoemer.
Stop rijden
•
Geleidelijke stop: zet de bedieningshendel 6 in de beginstand en houd knop 7 ingedrukt.
•
Snelle stop: laat drukknop 7 los.
Sturen
Beweeg de bedieningshendel 8 naar rechts of naar links
terwijl u knop 7 ingedrukt houdt.
Rijden
•
Verplaats de keuzeschakelaar
naar links;
•
selecteer met de keuzeschakelaar
SNEL
GEMIDDELD
LANGZAAM
6
beet.
66
IM 8122 - IM 8122 EX - IM 10122 - IM 10122 EX - IM 12122 - IM 14122
12
bij een stilstaande machine
11
de rijsnelheid van de tractor:
6
7
8
7