GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
Handelingen vanaf het platform
•
Controleer of de last binnen de grenzen blijft en goed verdeeld is.
•
Controleer of de veiligheidsbarrière voor de toegang tot het platform goed is gesloten.
•
Controleer of de rode noodstopknop niet is ingedrukt op het grondbedieningspaneel of op het
platformbedieningspaneel.
•
Controleer altijd de staat van de noodlampjes.
•
Alle verderop beschreven bewegingen van het platform houden rekening met de juiste plaats van
de bedieningskast die is aangebracht op de voorste reling. Gebruik de gekleurde richtingaanwijzers
op de steun van de bedieningskast en de voorkant van het platform om bij het verplaatsen van de
bedieningskast de verplaatsingsrichting van de machine aan te geven.
Verplaats de machine niet zonder eerst te hebben gecontroleerd of er zich geen
obstakels op het traject bevinden Controleer of er op het traject geen kuilen, hobbels,
hoogteverschillen, obstakels, afval of bedekkingen zijn die kuilen of andere gevaren
Verplaats de machine niet met een uitgeschoven platform zonder u eerst te hebben
verzekerd van de afwezigheid van obstakels, ook op slecht overzichtelijke plekken.
Schuif de keuzeschakelaar 12 niet tijdens het bewegen van de rijstand op de hefstand
en omgekeerd. In dat geval zal de machine stoppen. Om de machine weer te kunnen
bewegen moet u de bedieningshendel 6 loslaten en opnieuw de bedieningsopdracht
kunnen verbergen.
Controleer altijd de staat van de noodlampjes.
IM 8122 - IM 8122 EX - IM 10122 - IM 10122 EX - IM 12122 - IM 14122
geven.
65