Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Terminaltypes Voor Analoge Poorten - AGFEO AS 140 Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor AS 140:
Inhoudsopgave

Advertenties

Terminaltypes voor analoge poorten

Afhankelijk van het aangesloten terminal-
type moet u de terminalaansluitingen pro-
grammeren. Afhankelijk van die program-
mering zijn bepaalde functies mogelijk of
beperkt.
- Telefoon: Alle functies zijn mogelijk. De
aankloptoon kunt u individueel inschake-
len.
Een oproep met de dienstidentificatie
"fax" wordt niet gesignaliseerd, onafhan-
kelijk van een oproepverdeling.
- Antwoordapparaat: De instelling als
antwoordapparaat zorgt ervoor dat ieder-
een een gesprek van die aansluiting kan
overnemen. Bovendien is de aanklop-
beveiliging voor die poort ingeschakeld.
- Fax: Die instelling zorgt ervoor dat een
oproep naar die aansluiting geen aanklop-
toon veroorzaakt als er net getelefoneerd
wordt. De oproep kan niet opgepikt wor-
den. Daarnaast wordt ook de betreffende
dienst "fax" doorgegeven. Oproepen met
de dienstidentificatie "fax" worden aan
die aansluiting gesignaliseerd, onafhanke-
lijk van een oproepverdeling.
- Modem: Die instelling zorgt ervoor dat
een oproep naar die aansluiting geen
aankloptoon veroorzaakt als er net getele-
foneerd wordt. De oproep kan niet opge-
pikt worden.
- Combinatietoestel: Een combinatie-
toestel is een telefoon met geïntegreerde
fax en antwoordapparaat. Bij de
combipoort wordt een oproep over het al-
gemeen daar gestuurd waar hij na de in-
gesteld oproepverdeling gesignaliseerd
moet worden, onafhankelijk van de mee-
gedeelde dienstidentificatie. Bij de
reservering van een buitenlijn met "0" ge-
bruikt u de dienst "telefoon". Bij de
reservering van een buitenlijn met "10"
gebruikt u de dienst "fax".
De instelling "combinatietoestel" zorgt er-
voor dat een oproep bij die aansluiting
niet voor een aankloptoon zorgt als er net
getelefoneerd wordt.
- Radiocel: Een als radiocel gedefinieerde
poort is voor de aansluiting van
multienvironment en multilink draadloze
telefoons geschikt. Met de gebruikers van
een radiocel kunt u twee verschillende
codeoproepen overeenkomen. Als de
radiocel via het 1e interne nummer opge-
roepen wordt, dan horen alle gebruikers
van de radiocel de codeoproep 1. Via het
2e interne nummer wordt met code-
oproep 2 gebeld.
Heroproep en oproepomleiding kunt u bij
radiocellen niet gebruiken.
- Audiomodule: Een als audiomodule ge-
definieerde poort is voor de aansluiting
van een audiomodule of een
luidsprekerinstalaltie aan de telefoon-
installatie geschikt. Via de audiomodule of
de luidsprekerinstallatie kunt u een be-
richt doorgeven. Met de instelling
"audiomodule" is het relais 2 automatisch
aan de audiomodule toegewezen. Met
het relais 2 wordt bij een bericht de
audiomodule resp. de luidspreker-
installatie geschakeld. De instelling
"audiomodule" zorgt ervoor dat een op-
roep naar die aansluiting geen aanklop-
toon veroorzaakt.
3
Programmering
3 - 23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

As 141As 190As 191As 31 stAs 32

Inhoudsopgave