08.5
RAADGEVINGEN VOOR DE GEBRUIKER
•
Het water voor de luchtbevochtiging moet handmatig in de kachel gebracht worden, langs het vulvenstertje (de luchtbevochtiger
is vol wanneer het water op niveau is). Vergeet niet dat de kachel ook zonder water kan werken. De bevochtiging van de
lucht voorkomt fysiologische ongemakken zoals: droge keel, hoofdpijn, verschillende allergieën en overdreven stof wegens
een te droge omgeving. Er kunnen balsamische essenties (gemengd met het water) toegevoegd worden aan het water van de
luchtbevochtiger om de kamers te parfumeren.
•
Gebruik enkel originele, door de fabrikant aanbevolen wisselstukken. De originele wisselstukken zijn beschikbaar bij de verkopers,
de gespecialiseerde Technische Dienstcentra of direct bij de zetel van Jolly Mec Caminetti S.p.A.
•
Indien het venster zeer vuil (en duidelijk zwart ) wordt tijdens de werking met pellets, zijn de mogelijke oorzaken:
- Slechte trek van het rookkanaal (reinig het rookkanaal of controleer de kenmerken ervan)
- Onvoldoende verbrandingslucht (geef meer lucht met de verbrandingsventilator), reinig de luchtinlaat.
•
Indien de pellets gedurende lange tijd niet gebruikt worden (lente-zomerperiode), moet men het reservoir, de toevoerschroef
en de korf volledig legen met behulp van een stofzuiger, en vervolgens reinigen om te vermijden dat de resterende pellets
aaneenkleven en bij de volgende inschakeling sommige onderdelen beschadigen.
•
Gebruik enkel aanbevolen brandstoffen, op straffe van verval van de garantie.
•
Met pellets van goede kwaliteit, moet men over het algemeen om de 500-1000 kg pellets die in de houder geladen worden,
controleren of er geen resten van zaagsel op de bodem blijven, en eventueel al het aanwezige zaagsel verwijderen (het zaagsel
vermindert het vermogen van de toevoerschroef en leidt tot problemen in de werking van de kachel). Met pellets van slechte
kwaliteit of niet gecertificeerde pellets, kan het nodig zijn de bodem van het reservoir frequenter te reinigen.
•
De pellets moeten met een spatel in het reservoir gegoten worden. Leeg de zak niet direct in het reservoir.
•
Controleer of het rookkanaal en de externe luchtinlaten niet verstopt zijn alvorens het apparaat in te schakelen na een lange
periode van inactiviteit.
•
De kachel mag niet als verbrander gebruikt worden. Gebruik geen andere brandstoffen dan diegene die aanbevolen zijn.
•
De haard mag niet gewijzigd worden; alle niet toegestane wijzigingen leiden automatisch tot verval van de garantie en van de
aansprakelijkheid van de fabrikant.
•
De kachel mag niet direct in aanraking met brandbare materialen geplaatst worden (zie HFST 06 - TECHNISCHE GEGEVENS)
•
Het punctuele en systematische onderhoud is een fundamenteel aspect voor de perfecte werking en een steeds optimaal
thermisch rendement.
•
Er moet jaarlijks een buitengewone reiniging van het apparaat uitgevoerd worden door het gespecialiseerde Dienstcentrum (zie
HFST. 08.7 GEPROGRAMEERD PREVENTIEF ONDERHOUD)
AANDACHT
In geval van brand aan het rookkanaal, dient men de Brandweer te bellen.
AANDACHT
Producten die werken op basis van de verbranding van pellets mogen alleen werken wanneer de deur van de
verbrandingskamer gesloten is. Open ze NOOIT tijdens het bedrijf.
Laat de kachel nooit werken zonder elektrische aansluiting en met een andere brandstof dan houten pellets.
RAAK de niet beklede delen van de kachel, behalve de handgrepen en de bedieningsknoppen, NOOIT aan, aangezien
deze zeer heet kunnen worden.
De ruimte waarin de kachel geïnstalleerd wordt, mag niet direct communiceren met trappenhuizen met meerdere verdiepingen; er
mogen geen andere ketels, haarden of luchtafzuiginstallaties in dezelfde ruimte aanwezig zijn (tenzij apparaten van het type "C").
MEER REINIGING = MEER RENDEMENT
29