1
Druk op de Menuknop in de opnamefunctie.
2
Druk op de vierwegbesturing (
om [Memory] te selecteren.
3
Druk op de vierwegbesturing (
Het menu [Memory] verschijnt.
4
Gebruik de vierwegbesturing (
om het onderdeel te selecteren.
5
Druk op de vierwegbesturing (
om
[On] of
O
6
Druk twee keer op de OK-knop.
De camera is gereed voor het maken van een
opname.
Functies opslaan in de gebruikersfunctie
Functies die met de opnamefunctie speciaal zijn ingesteld voor de gebruiker,
worden opgeslagen in de gebruikersfunctie.
• Opgeslagen functies in de gebruikersfunctie
Opgeslagen onderdelen in de
gebruikersfunctie
Flash mode (Flitsfunctie)
Drive mode (Drive-functie)
Focus mode (Scherpstelfunctie)
Manual focus position
(Handmatige scherpstelpositie)
Recorded pixels (Opnamepixels)
Quality (Kwaliteit)
White balance (Witbalans)
Focusing area (Scherpstelgebied)
AE Metering (Lichtmeting bij
automatische belichting)
Sensitivity
Digital zoom (Digitale zoom)
Instant review (Instantcontrole)
Mode memory (Functiegeheugen)
Sharpness
Saturation
Contrast
Fn settings (Functie-instellingen)
[Off].te selecteren.
P
Auto
Normal
Autofocus
Oneindig
2304×1728
D
AWB (auto)
Multiple
L
(meervlaks)
Auto
On
1 s
Alles ingeschakeld
Normal
Normal
Normal
LW-correctie
)
23
Rec. Mode
Digital Zoom
).
5
Instant Review
Fast Fwd Movie
3D Mode
Memory
Sharpness
Exit
MENU
)
23
Memory
Flash
)
45
White Balance
EV Compensation
Digital Zoom
AE Metering
Sensitivity
Exit
MENU
Standaardinstelling
On
2sec
Off
Parallel
Ok
OK
4
Ok
OK
Bladzijde
blz.39
blz.68~70
blz.36
blz.38
blz.41
blz.42
blz.43
blz.45
blz.46
blz.47
blz.71
blz.48
blz.74
blz.49
blz.50
blz.51
blz.106
75