Trigger instellingen
Geavanceerde instellingen voor
aanslapositie detectie maken (POSI)
Parameter
Waarde
Position
OFF, ON
Detect
3Way Trigger
OFF, ON
Aanslagpositie detectie aan/uit
(Position Detect)
Voor de hieronder genoemde Pads kan de aanslagpositie
detectie aan of uitgezet worden.
Als u aanslagpositie detectie aanzet, kunt u
klankveranderingen produceren door de aanslagpositie
op het vel te variëren of door de nuance van de Rim
shots te veranderen.
Pads die de aanslagpositie kunnen
detecteren
• 2 SNARE (vel/rand)
• 3-6 TOM 1-4 (rand)
• 10 RIDE (boog)
• 12-15 AUX 1-4 (vel/rand)
* Als u een 'Trig Type' selecteert dat de aanslagpositie
niet ondersteunt, wordt de waarde als '---' getoond en
kan niet bewerkt worden.
Parameter
Waarde
Head
OFF, ON
Rim
OFF, ON
136
Uitleg
Positional Sensing aan/uit
Apart triggeren van
boog/bel/rand slagen
op het Ride bekken in of
uitschakelen.
Uitleg
Zet aanslagpositie
detectie van het vel aan/
uit
Zet aanslagpositie
detectie van de rand
aan/uit
Instellingen voor het apart triggeren
van Ride slagen (3Way Trigger)
Als u de CY-15R of CY-12R/C voor de RIDE gebruikt, is
spelen met drieweg triggering (Bow, Bell en Edge shot)
mogelijk.
Sluit aan zoals op p.37 wordt getoond, en zet 3Way
Trigger op 'ON' .
Waarde
Uitleg
Apart triggeren van boog/bel/edge slagen op
OFF, ON
het Ride bekken in/uitschakelen.
Bow, Bell en Edge spelen (3Way Trigger)
Speelmethode
Bow shot
Bell shot
Edge shot
* Als '3Way Trigger' op 'ON' is ingesteld, is de 'Head-side'
klank voor Trigger invoer 11 EDGE niet hoorbaar.
* Als '3Way Trigger' op 'ON' is ingesteld, wordt 'RD CTRL'
weergegeven voor het Trigger type van Trigger invoer
11 EDGE. Dit kan niet veranderd worden (p.126).
Een Trigger bank een naam geven
(NAME)
Aan elke Trigger bank kan een naam van maximaal 12
tekens worden toegewezen.
1.
Selecteer het Trigger bank nummer dat u een
naam wilt geven in het TRIGGER BANK scherm
(p .126) .
2.
Druk op de [F5] (ADVANCE) knop .
Het TRIGGER ADVANCED scherm verschijnt.
3.
Druk op de [F5] (NAME) knop .
Het TRIG BANK NAME scherm verschijnt.
4.
Bewerk de naam .
Voor details over het bewerken van een naam kijkt u bij
'Een naam toewijzen' (p.29).
5.
Druk op de [EXIT] knop om naar het TRIGGER
ADVANCED scherm terug te keren .
TD-30 Trigger invoer
10 RIDE (vel)
10 RIDE (rand)
11 EDGE (rand)